Duitsers ingesloten in West-Nederland

De geallieerden laten ondanks smeekbeden van de Nederlandse regering West-Nederland links liggen tijdens hun opmars naar Berlijn in maart 1945. Ze rukken wel op naar de Grebbelinie en de Waddenzee en sluiten de Duitsers in.

Bron: De Oorlog, deel 6 (59 sec.)

Media:

  • Duitsers ingesloten in West-Nederland
    Duitsers ingesloten in West-Nederland
    De geallieerden laten ondanks smeekbeden van de Nederlandse regering West-Nederland links liggen tijdens hun opmars naar Berlijn in maart 1945. Ze rukken wel op naar de Grebbelinie en de Waddenzee en sluiten de Duitsers in.
    Bron: De Oorlog, deel 6 (59 sec.)

Waarom meer Arbeidsinzet?

De Duitsers gingen er in het najaar van 1944 toe over zoveel mogelijk mannen op te pakken en af te voeren, zonder aanziens des persoons. Waarom deden ze dat?
Bij deze operaties, die een verharding van de verhoudingen tussen de Duitse bezetter en de Nederlandse bevolking betekende, speelden vooral twee factoren een rol.

Ten eerste het inzetten van deze mannen in de Duitse industrie, in feite Arbeisinzet dus. Maar het Duitse leger was daarnaast ook bang dat een eventuele invasie in het noordelijke deel van Nederland op steun zou kunnen rekenen van duizenden burgers, en dat die mogelijk actief zouden gaan meevechten.

Zo meldde de Nieuwe Rotterdamsche Courant in december 1944 ‘van bevoegde Duitse zijde’ te hebben gehoord dat in België en Frankrijk de geallieerde tanks door de burgerbevolking waren geholpen bij hun opmars en dat daarom ‘de bezetter in het westen des lands begonnen is de weerbare bevolking te verwijderen.’

Op 10 en 11 november 1944 leidde, in dit kader, een operatie van ongekende omvang tot het gedwongen vertrek van meer dan 50.000 Rotterdammers uit hun stad. Nederlanders werden zoveel mogelijk buiten de organisatie ervan gehouden.

Bij die actie zijn geen Nederlandse politieagenten betrokken geweest – die werden voor dat karwei niet vertrouwd. Ze werden overal buiten gehouden, de Duitse autoriteiten organiseerden deze actie, met de codenaam ‘Rosenstock’ geheel zelfstandig.

Sterker nog, met een list werd de Rotterdamse politie kort voor de actie ontwapend. De agenten moesten op 8 november 1944 hun wapen laten controleren door de Ordnungspolizei, en tot hun verrassing moesten ze het daar achterlaten. De Rotterdamse burgemeester Müller, een NSB’er toch, werd de avond tevoren geïnformeerd, maar kreeg direct huisarrest.


Bron:
*Ben Sijes, 'De razzia van Rotterdam, 10-11 november 1944' (Den Haag, 1951)

Meer over dit onderwerp