Rita van Gestel (dagboek)

Categorie: Kinderen
  • Persoonsgegevens
    Naam Rita van Gestel (dagboek)
    Functie Meisje uit Wassenaar dat suikerbieten en tulpenbollen at in de hongerwinter
    Categorie Kinderen
    Video
    Transportcrisis en gaarkeukens
    Omdat de treinen niet meer rijden en vrachtschepen nauwelijks meer varen bereikt de oogst van 1944 de steden in het westen niet. De hongerende bevolking raakt aangewezen op gaarkeukens. Dagboek Rita van Gestel.
    Bron: De Oorlog, deel 6 (1 min. 16 sec.)
  • Persoonsgegevens
    Naam Rita van Gestel (dagboek)
    Functie Meisje uit Wassenaar dat suikerbieten en tulpenbollen at in de hongerwinter
    Categorie Kinderen
    Video
    Werken aan voedselvoorziening
    In de Haarlemmermeerpolder worden de landerijen omgeploegd en bemest en worden aardapppels gepoot.
    Bron: Beeld en Geluid Beeld en Geluid:  Polygoon Hollands Nieuws, april 1944
  • Persoonsgegevens
    Naam Rita van Gestel (dagboek)
    Functie Meisje uit Wassenaar dat suikerbieten en tulpenbollen at in de hongerwinter
    Categorie Kinderen
    Video
    Vitaminen behouden in voedsel
    Huisvrouwen leren op een Haagse kookschool hoe bij de bereiding van voedsel vitaminen behouden kunnen blijven.
    Bron: Beeld en Geluid Beeld en Geluid:  Polygoon Hollands Nieuws, 25 september 1940
Het eten werd almaar slechter en kariger in de Hongerwinter van 1944-45. De meeste mensen waren aangewezen op de gaarkeukens, en daar werden de porties steeds kleiner.
Het is waar: soms zijn er suikerbieten en tulpenbollen in de maaltijden verwerkt. 

Rita van Gestel, een meisje van 14 dat in Wassenaar woonde en speciaal voor haar vader - een krijgsgevangen officier – de gebeurtenissen in een dagboek bijhield, schreef:

‘Met de slee gaan we naar de gaarkeuken, het is te glad om met een pan eten te lopen. We hoeven vandaag maar een half uur te wachten. Het is stamppot van  tulpenbollen en bieten, niet erg lekker.

Er zitten stukken tulpenbol in die nogal weeïg zoet en tegelijkertijd wrang smaken en de pulp van de suikerbieten is nogal hard en taai. Er zitten steeds grote stukken door, bah! Maar we moeten het wel eten, we hebben niets anders.’

Een paar weken later, eind januari 1945, dezelfde scene, nu duurde het wachten vijf kwartier, en het resultaat was er niet beter op geworden:

‘Het is een vloeibare stamp van andijvie met tulpenbollen. We eten tegenwoordig altijd in het donker, dan zie je tenminste niet wat je eet. Als er een steentje of stukje stro in zit, proef je dat vanzelf en leg je het naast je bord.’

Het Voorlichtingsbureau voor de voeding verspreidde blaadjes papier met tips voor de bereidingswijze van tulpenbollen, die als vervanging van aardappelen konden dienen.

Je kon ze als stamppot eten, maar ook gebakken, en je kon er soep van koken en zelfs pannenkoeken van bakken (‘de tulpen koken in water, afgieten, stampen en met meel tot beslag vermengen’).


Bron:
*Rita van Gestel, 'De smaak van tulpenbollen. Dagboek uit de Hongerwinter' (Breda, 2006)

 

Links