Verhagen: 'Mensenrechten en energiezekerheid nog steeds hand in hand'
7 jan 08
Hoe zorgen we ervoor dat over twintig jaar nog steeds het licht brandt? En kan het westen nog wel dominee en handelaar tegelijk zijn? Minister Verhagen van Buitenlandse Zaken ging hierover in debat met deskundigen.
Dat Europa ooit een gewapend conflict zal beginnen om haar grondstoffen veilig te stellen, ziet hij niet
snel gebeuren. Maar minister van Buitenlandse Zaken Maxime Verhagen ziet in de toenemende energieschaarste
wel degelijk een bedreiging van de veiligheid. Verhagen: "We zijn in toenemende mate afhankelijk van de
import van energie uit andere landen. De komende jaren moeten we tachtig tot negentig procent van onze olie
en gas importeren. Dat maakt ons kwetsbaar".
Zo kwetsbaar dat we misschien wat normen en waarden overboord moeten gooien om onze energie veilig te
stellen? Het westen wordt immers regelmatig voorbij gerend door opkomende grootmachten als China en India
die, in hun hang naar grondstoffen, de mensenrechten aan hun laars lappen.
Veel te kortzichtig, stelt de minister. "Je kunt best energiecontracten sluiten en tegelijkertijd iets aan de
mensenrechten doen. Omkoperij leidt alleen maar tot instabiliteit. Uiteindelijk is stabiliteit de beste
garantie voor het veiligstellen van je energie."
De dominee uithangen of de handelaar spelen. Als het aan minister Verhagen ligt, kunnen die twee dus prima
samen gaan. Defensiespecialist Rob de Wijk is sceptischer. "Het zijn geen westerse democratiën die de
energie in handen hebben. Nu al worden er informele contracten gesloten tussen landen als Rusland en
Venezuela".
Volgens de Wijk wordt er in Den Haag te weinig strategisch nagedacht. "China investeert in Nigeria en Soedan
en stelt verder geen vragen. Als Nederland een energiecontract sluit met Rusland hebben we het hier alleen
maar over mensenrechten. Zo gaan we de boot missen."
Verhagen gelooft echter vooral in een sterk Europees energiebeleid, dat ervoor moet zorgen dat de
afhankelijkheid van niet-westerse machten minder groot wordt. "Als Europa kun je een grotere vuist maken. Wij
zijn afhankelijk van Rusland voor onze energie, maar zij hebben ons nodig als afzetmarkt."
Daarnaast moet er geïnvesteerd worden in duurzame energie. Of kernenergie daar ook bij hoort, daar
laat de minister zich niet al te zeer over uit. "Het is de moeite waard om een serieus debat over te
voeren."
Bang dat het licht over twintig jaar niet meer brandt, is de minister niet. "Over twintig jaar brandt er nog
steeds licht, op basis van een energiebron afkomstig uit diverse landen. Dat kán kernenergie
zijn."
Door Imke van Hoorn