Bob Simon

Is: Correspondent voor '60 Minutes', de actualiteitenrubriek van de Amerikaanse nieuwszender CBS.

Sterreporter: Simon gaat in 1967 als verslaggever bij CBS in New York werken. In 1971 verhuist hij naar Saigon om de oorlog in Vietnam te verslaan. Daarna wordt hij als correspondent uitgezonden naar brandhaarden als Libanon, Cambodja, Saoedi-Arabië, India en China.

Simon wordt beroemd met geruchtmakende reportages over zo'n beetje alle rampen en conflicten die de wereld bezighouden; de hongersnood in Biafra, de aardbeving in Kobe, Japan, de revolutie in Praag, het Noord-Ierse conflict, de oorlogen in Afrika en het Midden-Oosten. Hij ontvangt voor zijn werk verschillende prestigieuze persprijzen, zoals twee Emmy's, een Peabody Award en de Overseas Press Club (OPC).

Tegenwoordig is Simon (62) gedeeltelijk gepensioneerd, maar nog steeds correspondent voor 60 Minutes in Israël. Hij runt daarnaast een paardenfokkerij.

Eerste Golfoorlog: Bob Simon is in de eerste Golfoorlog als correspondent voor CBS in Irak. Op 24 januari 1991 wordt hij samen met collega's Peter Bluff, Juan Caldera en Roberto Alverez door Irakezen opgepakt bij de grens met Koeweit. Het viertal wordt veertig dagen vastgehouden en wordt gemarteld en geïntimideerd.

Simon, een jood die als correspondent in Israël is gestationeerd, zegt dat hij een christen is die in New York woont. Want als de Irakezen de waarheid zouden weten, zouden ze hem onmiddellijk vermoorden. De vier worden uiteindelijk vrijgelaten door bemiddeling van de toenmalige Russische president Gorbatsjov.

Tweede Golfoorlog: Tijdens de tweede Golfoorlog blijft Simon in Israël. Werkgever CBS vindt hem te kritisch over de Amerikaanse missie in Irak en over president Bush in het bijzonder. De televisiezender verbiedt de journalist zelfs om een interview te geven aan Larry King, uit angst dat hij zich te fel uitlaat over de Amerikanen.