Opnieuw Amerikaan gedood in Irak

Een explosie op de snelweg ten westen van Bagdad heeft het leven gekost aan een Amerikaanse soldaat. Daarmee komt het Amerikaanse dodental sinds het begin van de invasie in Irak op 147. Dat cijfer is identiek aan dat van de Eerste Golfoorlog in 1991. De kosten van de oorlog bedragen inmiddels zo'n 48 miljard dollar.

De omgekomen soldaat maakte deel uit van een hulpkonvooi. Hij werd uit zijn vrachtwagen geblazen. Twee andere Amerikanen raakten gewond. De drie zijn waarschijnlijk het slachtoffer van een aanslag. De militairen denken dat een bom was verstopt in een verlaten autowrak langs de weg.

Sinds het einde van de oorlog in Irak zijn 33 Amerikanen omgekomen door aanslagen, die zondag werden opgeïst door een onbekende Iraakse cel van de terreurbeweging al-Qaeda.

President Bush van de Verenigde Staten komt door de aanslagen steeds meer onder druk te staan om zijn troepen terug te trekken. Vorige week werd bekendgemaakt dat de Derde Infanteriedivisie, die in maart als eerste in Irak arriveerde, in september mocht vertrekken.

Maar gisteren meldde het Amerikaanse leger dat de legereenheid in verband met de wanorde in Irak toch langer moet blijven. Het nieuws kwam hard aan bij de militairen, die gedemotiveerd zijn door onder meer de reeks aanslagen.

Het Pentagon heeft berekend dat de Amerikaanse operatie in Irak heeft het land tot nu toe circa 48 miljard dollar heeft gekost. Tot eind september komt daar nog ongeveer tien miljard dollar bij.

Het meeste geld is niet gaan zitten in de oorlog zelf. In de aanloop naar de aanval is al dertig miljard gestoken in onder meer de verplaatsing van troepen en de bouw van onderkomens. De gevechten kostten zo'n vijf miljard dollar.

De laatste negen maanden is gemiddeld bijna vier miljard dollar per maand besteed, de uitgaven aan munitie en materiaalvervanging niet meegerekend. Het Congres stemde in april in met 62,6 miljard extra voor het Pentagon, vanwege 'Irak' en de strijd tegen terroristen.

(Bron: NOS Nieuws)