Nieuw geval van censuur in Utrecht
20 jun 06
De Universiteit Utrecht heeft de directie van het voormalige Debye-instituut voor nanochemie vorige week gesommeerd een boekje over het oorlogsverleden van zijn naamgever, de Nederlandse Nobelprijswinnaar Peter Debye, niet te verspreiden.
Rondgestuurde exemplaren moeten worden teruggehaald. Directeur Jenneskens van het instituut is persoonlijk
berispt.
Het college van bestuur zegt dat de instituutsuitgave een te persoonlijke interpretatie geeft van het besluit
eerder dit jaar om het Debye-instituut zijn naam te ontnemen. De universiteit besloot daartoe na een
publicatie van de Nederlandse wetenschapshistoricus Sybe Rispens, die suggereerde dat Debye tot in de Tweede
Wereldoorlog met de nazi's had samengewerkt. Hij zou onder meer joodse leden uit de vakvereniging voor fysici
hebben gezet, waarvan hij voorzitter was.
Het boekje van het instituut is een poging Debyes dubieuze rol te weerleggen, onder meer door de originele
bronnen te presenteren. Daarnaast wordt er een poging in gedaan te reconstrueren hoe de Debye-affaire binnen
twee weken heeft kunnen uitmonden in het besluit van de universiteit de naam te schrappen.
Wetenschappelijk directeur Van Ginkel van het instituut stelt in de reconstructie onder meer de rol van het
Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) aan de kaak. Dit meldde dat de door Rispen aangedragen
bronnen betrouwbaar leken. Mede op grond daarvan nam het Utrechtse bestuur zijn beslissing.
Inmiddels zijn de universiteit en de directeur van het voormalige Debye-instituut overeengekomen dat alleen
de bronnenstudie over de periode 1935-1945 zal worden gepubliceerd. In Maastricht, waar Debye werd geboren en
hij als een beroemdheid geldt, besloot de universiteit een naar hem vernoemde wetenschappelijke prijs te
schrappen. Beide universiteiten kondigden destijds een diepgaande studie aan.
De herleving van de Debye-kwestie is het tweede geval van censuur aan de Utrechtse universiteit binnen een
week. Afgelopen vrijdag moest kerkhistoricus prof. Pieter van der Horst enkele passages van zijn
afscheidsrede schrappen omdat die in de islamitische wereld te gevoelig konden liggen.
(Bron: de Volkskrant)