Rechtbank dreigt terrorismeproces te stoppen
16 okt 06
De rechtbank dreigt het maandag begonnen proces tegen de leden van het vermeende terroristische netwerk rond Samir A. neer te leggen.
Dat gebeurt als de verdachten niet de beschikking over hun dossier en eigen aantekeningen krijgen. " Het
gaat hier om fundamentele rechten van de verdachten", benadrukte rechtbankvoorzitter E. Koning.
Hij verwees indirect naar het ministerie van Justitie en zei dat er blijkbaar eigen regels zijn waar men zich
liever aan houdt. Het ministerie en de gevangenisdirecteur gaan over die regels. Eerder had advocaat Bram
Moszkowicz het al aan de stok met justitie over het strenge regime in Vught, waardoor hij zich beperkt voelt
in zijn verdediging van de 'topcrimineel' Willem Holleeder. Moszkowicz zegt zijn werk als raadsman in deze
zaak neer te leggen als er geen oplossing komt.
Een aantal terreurverdachten beklaagde zich er maandag aan het begin van het proces over dat ze zich niet
goed kunnen voorbereiden op hun zaak. Reden daarvoor is dat ze sinds hun overplaatsing naar de speciale
terroristenafdeling in de gevangenis in Vught niet meer over hun volledige dossier en aantekeningen kunnen
beschikken.
De strafzaak tegen Samir A. en zijn vijf vermoedelijke handlangers wordt behandeld in de extra beveiligde
rechtszaal in Amsterdam-Osdorp. Het Openbaar Ministerie (OM) heeft ze aangeklaagd, omdat ze volgens justitie
van plan waren een of meer aanslagen op landelijke politici te plegen. Ook was een bomaanslag op het gebouw
van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) in de maak, stelt het OM. Dit alles met een
terroristisch oogmerk.
De 20-jarige Samir A. zei zelf dat hij een maand bezig is geweest om zich in te lezen in het dossier. " Die
aantekeningen ben ik allemaal kwijt." Hij weet dat al zijn spullen drie dagen geleden in Vught zijn
gearriveerd, maar hij heeft ze nog niet gezien. Ook de 21-jarige medeverdachte Mohammed C. zei 'zijn oude
dossier' terug te willen, met aantekeningen. " Het meeste van dit materiaal is nog niet bij ze aangekomen. Zo
wordt het moeilijk de zaak inhoudelijk te kunnen behandelen. We kunnen ons nu niet goed voorbereiden",
concludeerde een van de advocaten, Victor Koppe.
Volgens Koppe is er in de gevangenis in Vught een bureau inlichtingen en veiligheid in het leven geroepen,
dat eerst alle spullen bekijkt en onderzoekt. Ook de vertrouwelijke post tussen advocaten en verdachten. De
advocaat vermoedt dat dit de reden is waarom de belangrijke stukken na hun overplaatsing nog niet bij de
verdachten zijn aangekomen.
Het OM gaat de gevangenis in Vught alsnog vragen de zes verdachten hun documenten terug te geven. " Ook wij
vinden het heel vervelend dat dit nog niet is gebeurd", zei officier van justitie Alexander van Dam. Hij is
het met Koppe en de rechtbank eens dat de verdachten recht op een adequate verdediging hebben.
Ook de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) van het ministerie erkende dat er sprake is van een
fundamenteel recht voor verdachten. De woordvoerder benadrukte dat ook voor gedetineerden op de
terreurafdeling in Vught geen enkel beletsel bestaat om over hun volledige dossier en aantekeningen te
beschikken. Waar het probleem dan precies ligt, wordt met spoed uitgezocht.
Justitie hoopt overigens Samir A. dit keer wel veroordeeld te krijgen. Een eerdere strafzaak tegen de
vermoedelijke terrorist liep stuk wegens gebrek aan bewijs. In deze nieuwe zaak geldt de sinds de zomer van
2004 ingevoerde ruimere wetgeving om terrorisme aan te pakken. Verder denkt justitie nu wel voldoende bewijs
te hebben tegen Samir en zijn medeverdachten.
Na invallen in oktober vorig jaar werd duidelijk dat Samir A. echt bereid is een zelfmoordaanslag te plegen,
concludeert het OM. Op een toen in beslag genomen videoband neemt hij afscheid van zijn familie en vrienden.
Ook geeft Samir daarop een verklaring voor het plegen van aanslagen in Nederland.
Verder heeft de nationale recherche drie wapens gevonden die aan het vermeende netwerk worden toegedicht.
Daarnaast ligt er een belastende verklaring van een echtpaar uit Den Haag. De man en vrouw hebben onder meer
verteld over wapens die de groep van Samir in zijn bezit heeft gehad en over de extremistische achtergrond
van het netwerk. Ze hebben beiden overigens niet gehoord dat de leden van de groep een concrete aanslag aan
het voorbereiden waren. De twee, die ook nog verdachten zijn in de zaak, worden donderdag en vrijdag
gehoord.
De rechtbank zet de zaak woensdag voort.
(Bron: ANP)