Van der Hoeven: Makkelijker kapitaal voor starters

Minister van Economische Zaken Maria van der Hoeven wil voor beginnende ondernemers de toegang tot kapitaal vergemakkelijken. Daarnaast wil de minister bekijken hoe ze administratieve lasten van ondernemers kan verlichten.

Tijdens het maandagavonddebat bleek dat ondernemers vooral kampen met twee dingen: ze willen geld en ze gaan gebukt onder allerlei regelgeving.

Klik hier voor het fragment: maandagavonddebat deel I

Minister van der Hoeven van Economische Zaken pleit daarom voor verlichting van administratieve lasten en de regelgeving waar ondernemers tegenaan lopen. Daarnaast wil de minister dat het verkrijgen van krediet voor beginnende ondernemers gemakkelijker wordt gemaakt. De minister pleit daarom voor uitbreiding van het borgstellingskrediet. Hierbij krijgen banken een garantie voor leningen aan kleine bedrijven.

Voorzitter van MKB Nederland Loek Hermans beaamt dat het verkrijgen van krediet essentieel is voor een ondernemer. "Als ik als ondernemer een bedrijf wil starten, heb ik geld nodig. Banken zijn niet altijd bereid om het volledige kredietrisico voor hun rekening te nemen." Hermans vindt daarom dat het mogelijk moet worden dat de overheid "deelt in het kredietrisico." Hermans: "Als banken het risico kunnen delen, zullen ze sneller geneigd zijn om krediet te verstrekken."

Debat deel II

Grote en kleine ondernemers
Om het ondernemerschap te stimuleren, is het volgens de minister tevens van belang dat er onderscheid wordt gemaakt tussen grote en kleine ondernemers. Volgens de minister worden verschillende groepen ondernemers nu over één kam geschoren. Van der Hoeven "In het beleid moeten we meer oog hebben voor de verschillen tussen ondernemers."

Debat deel III

Mentaliteitsverandering
De minister is ervan overtuigd dat er ook voor het onderwijs een belangrijke taak ligt om jonge mensen aan te zetten om voor het ondernemerschap te kiezen. "Het ondernemerschap moet gestimuleerd worden. Jongeren moeten daarom meer in contact worden gebacht met ondernemers."

Om het ondernemerschap te stimuleren, is het volgens Hermans echter ook noodzakelijk dat er een "betere balans komt tussen de rechten van werknemers en werkgevers." "Nederland staat bekend als een ondernemend land. Als nu nog maar zes procent van de jongeren kiest voor het ondernemerschap, dan is er iets fundamenteels fout."

Hermans adviseert de minister ten slotte "vertrouwen te hebben in ondernemers." Hermans: "Ga uit van vertrouwen, niet van wantrouwen. Geef ondernemers de ruimte om te ondernemen."