Leven en werk van Ingmar Bergman
30 jul 07
De Zweedse film- en toneelregisseur Ingmar Bergman is overleden. Hij is 89 jaar oud geworden. Een overzicht van zijn leven en werk:
Ingmar Bergman heeft eens gezegd dat de film hem van krankzinnigheid had gered. "Als ik niet zo creatief
was geweest, zou ik ergens achter tralies hebben gezeten, rukkend aan de spijlen", zei hij in een van de
weinige interviews die hij gaf.
Bergman werd in het buitenland vooral bekend door zijn meer dan veertig films, waarvoor hij meestal zelf het
scenario schreef, maar hij heeft ook ruim honderd toneelstukken geregisseerd. Hij werkte het liefst met vaste
acteurs als Max von Sidow en Liv Ullmann, bij wie hij een dochter had.
Ernst Ingmar Bergman werd 14 juli 1918 geboren in Uppsala in een streng, burgerlijk luthers domineesgezin. Al
in zijn jeugd leerde hij een spel met de fantasie en de werkelijkheid te spelen. Poppen en een toverlantaarn
hielpen hem te vluchten uit het strenge milieu waarin zijn vader duidelijk de baas was. "Ik was erg verliefd
op mijn moeder. Het was een heel warme en tegelijk kille vrouw. Het ene moment mocht ik toenadering tot haar
zoeken, maar even later wilde ze dan weer niets van me weten", zei Bergman eens. Op zijn negentiende verbrak
hij alle contact met zijn ouders en vertrok naar Stockholm.
Aan het eind van de jaren '30 werkte Bergman voor het theater. Vanaf 1944 verdeelde hij zijn tijd over toneel
en film. In de jaren zestig was hij hoofd van het Koninklijk Dramatisch Theater, het
Dramaten-theater, in Stockholm. Veertig jaar lang heeft Bergman daar toneelvoorstellingen gemaakt met
toneelschrijver August Strindberg, sinds zijn puberteit de motor van zijn denken en doen.
In de jaren zestig stond de naam Ingmar Bergman synoniem voor 'art-house'. De regisseur spon een web van
symbolische dromen en van droomachtige symbolen. Hij liet zijn selecte publiek verstrikt raken in zijn harde
thema's - het zoeken naar de waarheid, de kern van goed en kwaad, de kunstenaar en de samenleving - en in de
eindeloze, bittere en eenzame lijdensweg die zijn gekwelde personages hebben te gaan. Gelachen wordt er in
(of om) een Bergman-film maar zelden.
Weerspiegelden de films uit de jaren '60, zoals Tystnaden (De Grote Stilte) en Vargtimmen (Het Uur Van De
Wolf), Bergmans pessimistische kijk op de maatschappij en de betrekkingen tussen de mensen, in het decennium
erna verlegde hij zijn aandacht naar een ander turbulent facet van zijn bestaan, zijn huwelijken en talloze
affaires.
Bergmans persoonlijke leven was even problematisch als zijn films. Hij had regelmatig emotionele
verwikkelingen met zijn actrices en trouwde vijf keer. Met zijn landgenoten onderhield hij een van zijn vele
haat-liefdeverhoudingen. Toen hij in de jaren zeventig op de toppen van zijn internationale roem verkeerde,
werd hij beschuldigd van belastingontduiking op grote schaal en als een soort maffiabaas opgepakt. Hoewel de
aanklacht tegen hem werd
ingetrokken, voelde hij zich zo verraden door zijn landgenoten dat hij hen de rug toekeerde en naar
West-Duitsland ging. Daar woonde hij negen jaar in München en maakte hij enkele films. Achteraf sprak de
cineast van een 'overreactie'.
Na zijn terugkeer naar Zweden maakte hij de gedeeltelijk autobiografische film Fanny Och Alexander, waarvoor
hij in 1983 de Oscar voor de beste niet-Engelstalige film kreeg. Zijn derde, want eerder vielen
Jungfrukällan (De Maagdenbron, 1960) en Sasoni I Et Spegel (De Donkere Spiegel, 1961) die eer te
beurt.
Vier van zijn films werden bekroond met een Oscar: Maagdenbron, Als in een duistere spiegel, Fanny en
Alexander (alle voor beste buitenlandse film) en Kreten en gefluister (voor beste cinematografie).
Bergman heeft ook veel voor televisie gewerkt. Een van de bekendste series is de zesdelige Scènes
Uit Een Huwelijk (1974), die later ook als bioscoopfilm werd uitgebracht. In 1997 ontving hij op het
filmfestival van Cannes de Gouden Palm der Palmen voor zijn gehele
oeuvre.
Op latere leeftijd noemde Bergman zijn vroegere rokkenjagerij een grote vergissing. Hij nam contact op met
een aantal van zijn negen kinderen. Mede door de boeken die hij schreef, kon Bergman vrede sluiten met zijn
ouders: zijn memoires Laterna Magica (1987), de aan hen gewijde roman Met de beste bedoelingen en
Zondagskinderen, over zijn vader. De laatste twee werden verfilmd door onder anderen zijn zoon Daniel.
Het maken van Fanny Och Alexander kostte Bergman zoveel energie dat hij definitief besloot met filmen te
stoppen. Hij wilde zichzelf de gelegenheid geven met zijn leven in het reine te komen zonder de
onderbrekingen van het schrijven, regisseren en promoten van zijn films. In 1995 stopte hij ook met toneel na
de dood van zijn (vijfde) vrouw Ingrid, met wie hij 25 jaar was getrouwd. Hij trok zich terug in zijn woning
op het eiland Farö in de Oostzee, waar hij ook overleed.
De regisseur heeft in 65 jaar tijd een groot filmarchief opgebouwd. Het belang daarvan
is zo groot dat het sinds vorig jaar op de Werelderfgoedlijst voor documenten staat.
(Bron: ANP)