Carnaval: de wereld op zijn kop

De zusjes Jeanette en Corry (1906)
[klik voor vergroting]
Niemand weet hoe oud het carnavalsfeest precies is. In elk geval werd er in de Middeleeuwen al op grote schaal carnaval gevierd.

Er werden zottenmissen opgevoerd, pseudo-pausen kwamen op ezels de kerk binnen en in elk dorp en elke stad waren grote maskerades. Het hoogtepunt bereikte het carnaval toen - en nu nog steeds - tijdens de drie dagen voor Aswoensdag, de dag waarop de veertigdaagse vastenperiode begon.

Het Latijnse carne vale betekent vaarwel vlees. Volgens sommigen komt daar het woord carnaval vandaan. Tijdens zo’n middeleeuws carnaval stond de wereld letterlijk en figuurlijk op zijn kop.

Ongestraft konden de carnavalsgangers stoom afblazen en dingen doen die anders niet door de beugel konden. Vanaf de 16de eeuw groeide de weerstand tegen het carnaval. Kerkelijke en wereldlijke overheden gingen zich inspannen om het feest in nettere banen te leiden, in de hoop dat het langzaam maar zeker vanzelf over zou gaan.

Na de Tweede Wereldoorlog beleefde het carnaval met name in Zuid-Nederland een ware opleving met de opkomst van het moderne ‘ontkerkelijkte’ - en wat commerciëler geworden - carnaval.

Nog steeds zijn daar drie dagen lang de Prins en zijn Raad van Elf, de baas in Oeteldonk, Krabbengat, Lampegat of hoe hun stad of dorp ook mag heten.

Op de afbeelding de zusjes Jeanette en Corry tijdens het carnaval van 1906 in Den Bosch.

Lees meer en bekijk Polygoonjournaals over de viering van Carnaval op de website van het Instituut voor Beeld en Geluid.

basisschool

1985 - Kleuter- en lagere school worden samengevoegd tot de basisschool.

Relevante tijdvakken