Epidemieën op de terugtocht

Na 1890 begon het sterftecijfer langzaam te dalen. Epidemieën kregen minder kans.
Inenting tegen polio bij het Wit-Gele Kruis in het Zeeuwse Kloosterzande in 1957.
[klik voor vergroting]

De cholera-epidemie van 1866 en de pokkenepidemie van 1870 waren de laatste grote uitschieters, met uitzondering dan van de Spaanse griep. Deze wereldwijde ramp eiste in 1918 alleen al in Nederland zo'n 17.000 slachtoffers.

Ook ziekten als tuberculose, roodvonk, malaria, difterie en mazelen bleken op de terugtocht. Tussen 1880 en 1939 daalde het jaarlijkse aantal sterfgevallen van 25 tot slechts 4 per 10.000 inwoners.

De Woningwet van 1901 en de Warenwet van 1919 (die hoge eisen stelden aan nieuwbouwwoningen en het bereiden van voedingsmiddelen) waren van invloed, evenals andere maatregelen van de overheid.

Op de foto: inenting tegen polio bij het Wit-Gele Kruis in het Zeeuwse Kloosterzande in 1957.

bed, bad en brood

1981 - De Rijksoverheid neemt de opvang van asielzoekers voor haar rekening. Daartoe wordt het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers opgericht. Het COA krijgt tot taak te zorgen voor een medisch onderzoek en voor ‘bed, bad en brood’ in een opvangcentrum. De asielaanvraag wordt vervolgens behandelt door de Immigratie- en Naturalisatiedienst.