Buruma: OM niet goed omgegaan met getuigen
10 mrt 08
Het Openbaar Ministerie (OM) is niet goed omgegaan met de getuigen in de strafzaak tegen de Nederlandse zakenman Guus Kouwenhoven.
Dat vindt hoogleraar strafrecht Ybo Buruma van de Radboud Universiteit Nijmegen.
Kouwenhoven werd maandag vrijgesproken van betrokkenheid bij oorlogsmisdaden en wapenhandel in Liberia in de
periode 2000-2003. Het hof laakte daarbij "de gebrekkige kwaliteit" van de opgevoerde getuigen. De rechters
benadrukten dat de aanklagende instantie zelf ook had kunnen weten dat de verklaringen veel tegenstellingen
en onwaarheden bevatten. Het hof: "Die toetsing is achterwege gebleven, ondanks dat daar alle aanleiding voor
was."
Volgens Buruma is het OM echter gewend om zo met de getuigen om te gaan. "Dat gebeurt in heel veel zaken. Het
zou me daarom niets verbazen dat deze uitspraak het OM verbaast. Het OM moet de kritiek van het hof dan ook
ter harte nemen."
"Ik heb alle begrip voor het hof, maar je kunt je afvragen of dit de doodssteek is voor andere zaken waarin
Nederlandse zakenlieden in het buitenland misdrijven hebben begaan", zegt Buruma. "Je moet er namelijk wel
bewust van zijn dat dit hele moeilijke zaken zijn om te bewijzen, zeker als je onderzoek moet doen in landen
als Liberia."
Buruma vindt dat ook waardering mogelijk is voor een OM dat ondanks alle obstakels probeert dit soort zaken
voor de rechter te brengen. "Het OM had alleen veel duidelijker moeten aangeven waarom het de getuigenissen
toch aan het hof heeft voorgelegd en waarom het denkt dat die een zekere bewijskracht hebben."
"Je kunt je afvragen of we in Nederland in staat zijn om dit soort zaken te doen", constateert de hoogleraar
verder. Ook is volgens hem de vraag of het OM wellicht betere prestaties levert als meer geld voor dit soort
onderzoeken vrijkomt.
Buruma werkt regelmatig als adviseur voor de Nederlandse overheid op het gebied van strafrecht en opsporing
en is voorzitter van de Commissie Evaluatie Afgesloten Strafzaken (CEAS). Deze commissie gaat in bepaalde
zaken na of zich in de opsporing of berechting van strafzaken ernstige manco's hebben voorgedaan, waardoor de
rechter geen evenwichtige beoordeling kon doen.
(Bron: ANP)