Palin verbindt Irak weer met terrorisme

De Republikeinse vicepresidentskandidaat Sarah Palin heeft opnieuw de oorlog in Irak in verband gebracht met de terroristen die op 11 september 2001 de Verenigde Staten aanvielen.

Dat meldde de krant The Washington Post vrijdag.

Het Amerikaanse leger in Irak "beschermt de onschuldigen tegen de vijanden die de dood van duizenden Amerikanen voorbereidden, uitvoerden en er zich op verheugden", zei de gouverneur van Alaska in haar thuisstaat tijdens een afscheid van militairen die naar Irak worden gezonden, onder wie haar zoon.

De uitspraken van Palin zijn opmerkelijk. De regering van president George Bush heeft lang volgehouden dat het bewind van Saddam Hoessein, dat in 2003 werd omvergeworpen door de Amerikanen, het terreurnetwerk al-Qaeda hielp bij de aanslagen op het WTC in New York en het Pentagon in Washington. Maar uiteindelijk moest ook Bush bekennen dat het verband nooit is aangetoond.

De afgelopen jaren is wel duidelijk geworden dat de Amerikaanse aanwezigheid in Irak als een magneet heeft gewerkt op moslimmilitanten die graag de wapens opnemen tegen het Amerikaanse leger en de pro-Amerikaanse regering van Irak.

Palin gaf in Alaska ook haar eerste televisie-interview sinds haar nominatie door de Republikeinen. In het gesprek met ABC, waarvan het eerste deel donderdagavond werd uitgezonden, reageerde ze op opmerkingen die ze eerder had gemaakt over de oorlog in Irak.

Onlangs zei Palin dat de oorlog een opdracht van God was. In het interview zei ze dat ze daarmee refereerde aan een toespraak van de beroemde Amerikaanse president Abraham Lincoln en niet de intentie had om namens God te spreken.

De tot voor kort onbekende Palin zei verder dat ze voldoende ervaring heeft om het land te dienen. Ze reageerde daarmee op verwijten van haar politieke tegenstanders dat ze te onervaren is om als vicepresident eventueel McCain te vervangen. In het interview erkende Palin dat ze nooit een buitenlandse regeringsleider heeft ontmoet.

(Bron: ANP)