Nederlandse stabilisatiemacht in Irak
23 jul 03
De eerste grote groep Nederlandse militairen die deel uitmaken van de internationale stabilisatiemacht
SFIR is uit Koeweit vertrokken naar het zuiden van Irak. De 300 militairen gaan daar samen met de al
aanwezige kwartiermakers het hoofdkamp bij Assamawah in de provincie al-Muthanna verder opbouwen.
Uiteindelijk worden daar 1100 Nederlanders gestationeerd.
Het contingent bestaat vooral uit militairen van de 14de ondersteuningscompagnie van de mariniers en een
detachement van 103de constructiecompagnie van de landmacht. Een klein groepje staf en logistiek personeel is
onderweg naar Shaiba, bij de havenstad Basra, waar het contingentscommando is gevestigd.
De 300 militairen hebben in Koeweit twee weken kunnen wennen aan de weersomstandigheden. In de provincie
al-Muthanna, die voor 80 procent uit woestijn bestaat, kunnen de temperaturen in de schaduw soms oplopen tot
boven de 50 graden. De komende weken zal om de paar dagen personeel dat in Koeweit is geacclimatiseerd,
worden overgebracht naar de Nederlandse bases in Zuid-Irak.
De kern van het Nederlandse contingent is een bataljon van 650 mariniers. Zij worden ondersteund door 250 man
van de Landmacht, 90 militairen van de luchtmacht met drie Chinook-transporthelikopters en 25 man van de
marechaussee.
De Nederlandse SFIR-troepen, die onder Brits commando staan, nemen op 1 augustus de taken van de Amerikanen
in de provincie al-Muthanna over. Ze blijven in eerste instantie zes maanden in Zuid-Irak, maar die periode
kan met nog eens zes maanden worden verlengd.
De commando-overdracht wordt via een lokale radiozender bekendgemaakt aan de bevolking. Voornaamste opdracht
is de regio stabiel te houden en het lokaal bestuur de gelegenheid te geven zich te organiseren.
Volgens minister Kamp van Defensie kunnen Amerikaanse gevechtsvliegtuigen en helikopters de Nederlanders
binnen een kwartier te hulp schieten als die ernstig worden belaagd. Britse militairen kunnen binnen zes uur
steun geven en binnen twaalf uur zwaar materieel inzetten.
(Bron: NOS Nieuws)