Aanklager Milosevic presenteert 'stafkaarten'
11 sep 03
De onder tijdsdruk staande aanklager van de voormalige Joegoslavische leider Milosevic, Geoffrey Nice,
heeft zijn vorderingen tot dusverre letterlijk in kaart gebracht. Donderdag presenteerde hij tijdens de
zitting op het Joegoslavië-Tribunaal kaarten van Bosnië, Kroatië en Kosovo, waarop volgens hem
overzichtelijk staat aangegeven wat de aanklagers menen te hebben aangetoond en waar hun werk nog niet is
afgerond. De 'stafkaarten' met het frontverloop in de juridische strijd tegen Milosevic bleven
opgerold.
Nice maakte bekend dat hij binnenkort met een lijst van getuigen komt die hij bij nader inzien niet oproept.
Dat bespaart alle partijen veel tijd.
De aanklagers staan onder druk om hun zaak dit jaar nog af te ronden. Het proces tegen Milosevic begon op 12
februari 2002. Wanneer de bewijsvoering tegen hem is afgerond, dan zal hij zelf getuigen kunnen oproepen voor
zijn verweer dat tot in 2005 kan duren.
De aanklagers hebben volgens waarnemers grote moeite overtuigend aan te tonen dat de toenmalige president van
deelrepubliek Servië, Milosevic, persoonlijk verantwoordelijk is voor volkerenmoord, misdaden tegen de
menselijkheid en oorlogsmisdaden op de Balkan in de jaren negentig.
Het verband tussen de Servische leiding en de etnisch Servische plegers van misdaden in bijvoorbeeld
Bosnië-Herzegovina kwam ook donderdag weer slecht uit de verf. Een getuige uit Brcko vertelde over de
misdaden tegen niet-Serviërs in zijn stad gepleegd. Hij was in het voorjaar van 1992 eerst ooggetuige en
vervolgens ook slachtoffer van de vervolgingen. Maar tijdens Milosevic' kruisverhoor bleek hij wel Servische
of Joegoslavische agenten en militairen van buiten de streek te hebben gezien, maar of zij direct betrokken
waren bij misdaden in Brcko kon hij niet bevestigen. Wel had zijn Bosnisch Servische buurman een
trainingsprogramma in de kazerne van de strijdkrachten kunnen volgen en nam die in uniform gestoken deel aan
de vervolgingen zodra het gewapend conflict uitbrak begin mei 1992. Het verhaal van de getuige Isak uit Brcko
werd door rechter May enkele malen onderbroken wegens vermeende tegenstrijdigheden of algehele verwarring
over wat de getuige precies bedoelde te zeggen.
De voorafgaande dag had Milosevic de betrouwbaarheid van een andere getuige uit Brcko, ex-burgmeester Ramic,
ondermijnd. De beklaagde kwam aan het slot van zijn kruisverhoor met Bosnisch Servische processtukken waarin
de getuige Ramic zelf werd beschuldigd van verantwoordelijkheid voor oorlogsmisdaden, destijds gepleegd tegen
etnische Servirs in dorpen rond Brcko.
(Bron: ANP)