VVD-top dwingt Nijs tot aftreden
9 jun 04
Staatssecretaris Nijs (Onderwijs) is woensdag afgetreden. Bezwoer ze het personeel van het ministerie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap's ochtends nog samen met minister Van der Hoeven dat de twee nog met elkaar
door een deur konden, vlak daarna moest liberalebewindsvrouw op het matje komen bij de VVD-top.
Vice-premier Zalm, fractieleider Van Aartsen en partijvoorzitter Van Zanen hadden weinig moeite haar ervan te
overtuigen dat ze beter op kon stappen. Nijs vond dat ze niet langer de steun had van haar minister. "Andere
partijen binnen de coalitie en de minister zouden misbruik kunnen maken van mijn vermeend zwakke
positie."
Ze meende dat ze onder curatele was gezet en geen vertouwen meer genoot. Daardoor zou ze haar beleid niet
meer goed kunnen uitvoeren. Ze zei zelf de beslissing te hebben genomen om op te stappen.
De bal begon te rollen met een interview in Nieuwe Revu van deze week. Daarin repte Nijs van een slechte
verhouding met minister Van der Hoeven. De minister zou haar niet vertrouwen, politieke spelletjes spelen en
informatie achterhouden. Van der Hoeven reageerde woedend en eiste aanvankelijk Nijs' aftreden. Later kwam ze
daar op terug.
Premier Balkenende en minister Van der Hoeven toonden zich verrast door het besluit van Nijs. "Een donderslag
bij heldere hemel", zei de minister. Het aftreden van Nijs kwam onverwacht, omdat Nijs in een Kamerdebat van
dinsdagavond nog met de schrik vrij leek te komen. De regeringsfracties lieten haar niet vallen en de
voltallige oppositie ging niet verder dan een motie waarin de Kamer haar diepe treurnis uitsprak over de
schade die het vraaggesprek met Nieuwe Revu toebracht aan het onderwijs.
Van Aartsen ontkende dat zijn fractie van zins was geweest de motie van de oppositie te gaan ondersteunen.
"Dat is totale onzin. Aan een dergelijke motie zouden wij onze steun nooit hebben gegeven." Ook volgens
andere bronnen in de VVD-fractie was het niet de fractie, maar de VVD-top die de aanzet heeft gegeven voor
het opstappen van Nijs.
Woensdag zei Van Aartsen in de Tweede Kamer dat het verloop van het debat van een dag eerder, waarin Nijs
zich probeerde te verdedigen, leidde tot haar aftreden. "Wij hebben in de nacht en vanochtend vroeg nagedacht
over de effecten van het debat", legde Van Aartsen uit.
Het was vice-premier Zalm die woensdagochtend de aanzet gaf tot het vertrek van Nijs. Hij nodigde haar uit
voor een gesprek met Van Aartsen en hemzelf op zijn departement over de vraag "of het nog wel ging". Zelf had
Zalm daar na het Kamerdebat van dinsdagavond "een zwaar hoofd in". Nijs zou volgens Zalm "drie jaar lang
foutloos hebben moeten opereren, omdat iedereen op elke slak zout zou leggen".
Na het gesprek met Zalm en Van Aartsen (partijvoorzitter Van Zanen werd telefonisch geraadpleegd) kwam Nijs
zelf tot de conclusie dat ze maar beter kon vertrekken. Als ze tot een andere afweging was gekomen was dat
haar zaak geweest, aldus Zalm.
In de Tweede Kamer ontmoette de stap van Nijs instemming. Tichelaar (PvdA) vond dat de staatssecretaris
dinsdagavond al haar biezen had moeten pakken. "Het is goed dat zij de eer aan zichzelf houdt", vond
D66-fractievoorzitter Dittrich. Hij stelde dat ze met het interview haar gezag heeft verloren. Moedig en
verstandig waren de woorden die LPF-leider Herben in de mond nam. De ChristenUnie maakte zich kwaad omdat De
Kamer Nijs een nieuwe kans had gegeven. Door alsnog op te stappen, schoffeert de staatssecretaris de Kamer,
zei Kamerlid Slob.
Het hoger onderwijs, waar Nijs over ging, haalde opgelucht adem na het nieuws over haar vertrek. Voorzitter
van de vereniging van universiteiten D'Hondt kenschetste Nijs' optreden in het debat van dinsdag als
"redelijk genant". De universiteiten zijn wel bang dat nieuw beleid binnen het hoger onderwijs nu vertraging
op gaat lopen. De hogescholen vonden altijd al dat het de staatssecretaris ontbrak aan visie en
openheid.
Ook studentenvakbond LSVb voelde zich nooit serieus genomen door de staatssecretaris. Voorzitter Van Eijk
noemde haar "een merkwaardig mens". Studentenorganisatie ISO reageerde gematigder. Ze botsten inhoudelijk wel
met Nijs, maar vonden haar wel een goede overlegpartner.
De eerste naam die opdook als mogelijke opvolger, was die van VVD-Kamerlid Cornielje. Hij viste bij de
laatste twee kabinetsformaties achter het net voor de post van staatssecretaris Onderwijs. Hij zei de
geruchten gehoord te hebben, maar wilde er niet op ingaan. "Dat lijkt mij niet verstandig."
(Bron: ANP)