Getuige Milosevic spreekt aanklagers tegen over Kosovo
1 dec 04
Een getuige voor de beklaagde voormalige Servische leider Milosevic heeft woensdag de basisbeginselen van
de aanklacht tegen Milosevic over Kosovo volkomen tegengesproken.
De voormalige voorzitter van de volksvertegenwoordiging van Kosovo, Vukasin Jokanovic, zei dat dit lichaam in
1989 in openbare zitting met 175 stemmen voor, twee onthoudingen en tien stemmen tegen enkele maatregelen
aannam voor de handhaving van de openbare orde in Kosovo. Slechts drie afgevaardigden waren afwezig. Meer dan
70 procent van de afgevaardigden waren etnische Albanezen.
Het ging er vooral om het mogelijk te maken dat politie uit Servië in Kosovo kon worden ingezet. Dat was
volgens de grondwettelijke regels eerst onmogelijk. Politici en bestuurders besproken de wijziging van die
regels gedurende drie jaren. Dat was reeds voor Milosevic tot macht en invloed opsteeg via zijn roemruchte
politieke stunt rond de crisis in Kosovo in hetzelfde jaar, 1989.
De inzet van meer politie was noodzakelijk door de slepende onrust in Kosovo, aldus Jokanovic. De onrust was
al in 1968 weer opgeleefd. Nationalistische Albanezen streefden met betogingen en ook met gewelddaden naar
afscheiding uit Servië en uit Joegoslavië.
De aanklagers van het Joegoslavië-Tribunaal stellen in hun beschuldigingen inzake Kosovo dat de meeste
leden van het parlement van Kosovo zich destijds van stemming onthielden. De wetswijzigingen zouden Kosovo
volledig van hun autonomie hebben beroofd op instigatie van de beklaagde.
Jokanovic deed woensdag deze stellingen als volslagen onzin af. De na lange voorbereiding totstandgekomen
wetswijzigingen veranderden de juridische status van Kosovo niet wezenlijk. Dat dit wel het geval zou zijn
geweest, en dat de wetgeving niet volgens de regels tot stand zou zijn gekomen, zijn waarschijnlijk
verzinsels van Albanese Kosovaren die zich wilden afscheiden, aldus de getuige.
(Bron: ANP)