'Vertrek baas Den Engh los van ontslag ex-medewerker'

Tussen het vertrek van directeur A. Jonker van de justitiële jeugdinrichting Den Engh en de eerdere aanstelling van een ontslagen medewerker van de inrichting bij het ministerie van Justitie bestaat geen verband. Dat heeft minister Piet Hein Donner (Justitie) dinsdag aan de Tweede Kamer geschreven.

Volgens de commissie van toezicht van Den Engh heeft de ex-medewerker onlangs een hoge functie gekregen bij het ministerie, nadat hij zich bij Den Engh schuldig had gemaakt aan mishandeling van jongens en gedwongen moest vertrekken. De commissie, die de gang van zaken zeer vreemd vond, stelde dat de man verantwoordelijk is geweest voor een lastercampagne in de pers tegen Den Engh.

Volgens Donner is er echter geen feitelijke grondslag voor de suggestie die de commissie wekt. Ook vallen de opmerkingen buiten de verantwoordelijkheid van de commissie, stelt de bewindsman. In zijn brief bevestigt hij verder dat Jonker in gezamenlijk overleg met de Dienst Justitiële Inrichtingen zijn functie heeft neergelegd. Ook de vier leden van het managementteam zijn opgestapt. De inmiddels benoemde interim-directeur H. Kok zal voor hen een passende functie zoeken. Kok werkte eerder op diverse plaatsen in de (justitiële) jeugdzorg.

Den Engh, met vestigingen in Den Dolder en Ossendrecht, is gespecialiseerd in de behandeling van zwakbegaafde ernstig gedragsgestoorde en criminele jongeren. Over de effectiviteit van de daarbij gebruikte heropvoedingsmethode (sociogroepsstrategie) lopen de meningen nogal uiteen. Donner benadrukt dat hij waardering heeft voor het werk van Den Engh.

Hij herhaalt dat de rijksinrichting binnen het wettelijk kader kan doorgaan met de speciale sgs-methodiek, waarbij veel nadruk ligt op het groepsgebeuren. Donner liet eerder al wel weten dat de individuele aanpak van de jongens meer aandacht moet krijgen en dat er meer openheid moet komen over de groepsstraffen, die op een verschillende manier worden geïnterpreteerd.

(Bron: ANP)