AVVV, LVW en Sting stellen vijf praktische maatregelen voor
22 jul 06
Door de aanhoudende warmte nemen de risico's op uitdroging en oververhitting toe. Met name kwetsbare cliënten in de thuiszorg vormen hierbij een risicogroep, omdat zij slechts korte tijd per dag zorg ontvangen.
Tijdens periodes van aanhoudende warmte lopen cliënten in de thuiszorg een verhoogd risico op
uitdroging. Veel cliënten in de thuiszorg zijn kwetsbaar door hun aandoening of door hun leeftijd.
Doordat cliënten in de thuiszorg slechts gedurende korte periodes per dag zorg ontvangen, zijn
instructie en toezicht minder eenvoudig. Dit draagt weer bij aan het risico op uitdroging.
De AVVV, de LVW en Sting stellen vijf praktische maatregelen voor om uitdroging en oververhitting van
cliënten in de thuiszorg te voorkomen. De maatregelen richten zich allereerst op het in kaart brengen
van de mogelijke risicogevallen. Vervolgens worden concrete stappen voorgesteld om er voor te zorgen dat
cliënten genoeg drinken. Ook wordt gevraagd om de mantelzorg actief te betrekken bij de maatregelen.
De 5 maatregelen worden vanaf vandaag actief verspreid onder de leden van AVVV, LVW en Sting. Ook zijn de
maatregelen te downloaden via de websites van de organisaties.
De volgende 5 maatregelen kunnen de risico's op uitdroging en/of oververhitting aanzienlijk verminderen.
1. Maak een overzicht van alle cliënten die een verhoogd risico hebben - Dit kunnen cliënten zijn
die niet adequaat kunnen reageren op de situatie door hun beperkingen. - Cliënten met specifieke
aandoeningen als hartfalen, COPD of diabetes mellitus lopen extra risico's. - Ook overgewicht en leeftijd
verhogen het risico.
2. Zorg voor voldoende vochtinname - Stimuleer mensen om voldoende te drinken. 2 tot 3 liter drinken is bij
extreme warmte noodzakelijk. - Geef cliënten inzicht in de hoeveelheid vocht die zij moeten drinken.
Bijvoorbeeld door ze te stimuleren om tenminste 2 mineraalwaterflessen van 1. liter per dag te leeg te
drinken. - Controleer indien mogelijk de urineproductie. Een productie van 1. liter per dag met een lichtgele
kleur is een indicatie dat er voldoende wordt gedronken. Ook de frequentie waarmee een cliënt urineert
vormt een indicatie. Informeer bijvoorbeeld wanneer cliënten voor het laatst hebben geürineerd.
3. Zorg voor afkoeling - Stimuleer cliënten om zich luchtig te kleden. - Zorg ervoor dat woningen zijn
beschermd tegen invallend zonlicht. - Stimuleer het gebruik van ventilatoren en airconditioners.
4. Schakel mantelzorg in - Doordring mantelzorgers van de noodzaak om toezicht te houden op hun
zorgafhankelijke naaste. - Schakel bij het ontbreken van mantelzorgers personen in de directe omgeving van de
cliënt in. Vraag hen om toe te zien dat alles goed gaat. - Zorg er voor dat mantelzorgers goed zijn
geïnstrueerd.
5. Wees creatief met zorgverlenen - Wees tijdens periodes van warmte extra creatief in de keuzes die je
maakt. Zo kun je bijvoorbeeld overwegen om een half uur zorgverlening op te delen in één
kwartier 's ochtends en één kwartier 's middags. Op die manier heb je meer mogelijkheden om de
genoemde maatregelen toe te passen en te monitoren. - Ook kun je overwegen om bepaalde onderdelen van de
zorgverlening tijdelijk niet uit te voeren, om in plaats daarvan te zorgen dat de cliënt goed drinkt. -
Maak afspraken binnen je team hoe je de zorgverlening goed kunt aanpassen op de warmte. Tot slot: vergeet
niet om zelf ook voldoende te drinken!
(Bron: AVVV, LVW en Sting)