Doden Schipholbrand schuld van falende overheid
21 sep 06
Bij de Schipholbrand waren "minder of geen" doden gevallen als de overheid zich beter aan de regels van brandveiligheid had gehouden.
Dat concludeert de Onderzoeksraad voor Veiligheid in het eindrapport
over de brand, die eind oktober vorig jaar aan elf mensen het leven kostte. Vooral het ministerie van
Justitie krijgt er keihard van langs. Maar ook de Rijksgebouwendienst (VROM) en de gemeente Haarlemmermeer
zijn ernstig tekort geschoten.
De drie instanties hebben te weinig aan veiligheid en met name aan brandveiligheid gedaan en verzuimd inhoud
te geven aan de regels die daarvoor gelden. De fatale afloop van de brand is het gevolg van het
tekortschieten van de drie instanties, oordeelt de onderzoeksraad onder leiding van prof. mr. Pieter van
Vollenhoven.
De raad vindt de veronderstelling gerechtvaardigd dat er minder of geen slachtoffers te betreuren waren
geweest als de brandveiligheid de aandacht van de betrokken instanties zou hebben gekregen", luidt de
hoofdconclusie. De elf slachtoffers, die in afwachting van hun uitzetting in vreemdelingenbewaring zaten,
zijn in hun cel om het leven gekomen door koolmonoxidevergiftiging.
Volgens de onderzoekers boden de cellen onvoldoende bescherming aan de gedetineerden. De binnendringende rook
speelde een fatale rol. De brand heeft kunnen ontstaan door een weggeworpen sigarettenpeuk, zo bleek na
uitgebreide brandproeven. Een technische oorzaak is volgens de raad vrijwel uitgesloten. Het Openbaar
Ministerie verdenkt een van de gedetineerden, Achmed Al-J. uit Libië, ervan opzettelijk brand te hebben
gesticht in z'n cel.
De onderzoeksraad beschouwt de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), die onder minister Piet Hein Donner
(Justitie) valt, primair verantwoordelijk voor de brandveiligheid. De organisatie van het cellencomplex was
"onvoldoende" voorbereid, ingericht en getraind op een calamiteit van deze omvang. Daardoor stonden de
personeelsleden voor een vrijwel onmogelijke taak.
De locatiedirecteur heeft niet op papier gezet welke risico's er kleven aan het gebruik van het
cellencomplex. Ook heeft hij onvoldoende nagedacht over de vraag hoe het personeel zou moeten optreden bij
een brand. De hoofddirectie van de DJI heeft daarvoor bovendien geen kader aangereikt. De getroffen vleugel K
voldeed niet aan het zogeheten bouwbesluit. Dat valt de Rijksgebouwendienst aan te rekenen, meent de
onderzoeksraad.
Voorafgaande aan de bouw is ook onvoldoende aantoonbaar rekening gehouden met de risico's voor de
brandveiligheid. De gemeente Haarlemmermeer had de vergunningen niet mogen afgeven. Ook het toezicht van
Haarlemmermeer schoot tekort.
De leiding van het cellencomplex dacht ten onrechte dat in geval van brand de brandweer Haarlemmermeer
dichtbij zou zijn. De brandweer was er nu pas na 25 minuten, terwijl 15 minuten de norm is. Al na enkele
minuten waren de brand en de rookontwikkeling zo
hevig dat de onbeschermde bewaarders hun reddingspogingen moesten staken.
Ook de opvang en de nazorg van de celbewoners die de brand in het uitzetcentrum overleefden, is op
belangrijke punten onder de maat geweest. Hun overplaatsing en begeleiding verliepen
ongestructureerd. De locatiedirecteur van het cellencomplex op Schiphol-Oost en de hoofddirectie van de DJI
lieten hier de steken vallen, constateert de Onderzoeksraad voor Veiligheid.
De raad betreurt het dat sommige overlevenden al werden uitgezet terwijl nog niet duidelijk was of ze
traumagerelateerde klachten hadden. Het beleid omtrent illegalen is een zaak van minister Rita Verdonk van
Vreemdelingenzaken. Zij gaf onlangs 39 betrokken illegalen uiteindelijk een verblijfsvergunning.
De onderzoeksraad adviseert minister Donner alle penitentiaire inrichtingen binnen een jaar te laten
doorlichten naar de staat van brandveiligheid en de bedrijfshulporganisatie en deze zonodig op orde te
brengen. Ook de afspraken met de brandweer moeten opnieuw worden doorlopen. De minister moet de resultaten
van deze inspanningen aan de Tweede Kamer rapporteren.
Ook moet de bewindsman de calamiteitenplannen van de opvangcentra en gevangenissen kritisch onder de loep
nemen, waarbij in het bijzonder moet worden gelet op de opvang en nazorg van gedetineerden. De DJI dient
hiervoor expliciet verantwoordelijk te worden.
Het ministerie van VROM moet de bouwregelgeving voor bijzondere gebouwencomplexen toegankelijker maken. Ook
dient de rol en de verantwoordelijkheid van de Rijksgebouwendienst nader te worden onderzocht.
De raad beveelt de gemeente Haarlemmermeer aan er voor te zorgen dat er voldoende expertise bij een
inhoudelijke toetsing van bouwaanvragen komt, die afwijken van het Bouwbesluit. Het ministerie van
Binnenlandse Zaken moet met met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) gaan onderzoeken hoe gemeenten
daadwerkelijk professioneel invulling kunnen geven aan hun taak als toezichthouder in geval van gebouwen met
een risicovolle functie,
zoals een cellencomplex.
(Bron: ANP)