Saddam Hoessein opgehangen

De voormalige Iraakse dictator Saddam Hoessein is vanmorgen vroeg opgehangen.

Hij zou in zijn laatste woorden Iran vervloekt hebben en gezegd hebben dat Palestina Arabisch is.

Iran en Israël hebben verheugd op zijn terechtstelling gereageerd. In de meeste Arbische landen is er scherpe kritiek. In het Westen wordt gehoopt dat zijn dood wellicht kan leiden tot het afnemen van het geweld tussen de verschillende bevolkingsgroepen in Irak.

Saddam is ter dood gebracht voor een slachtpartij in 1982 in het dorpje Dujail. 148 Inwoners van het dorpje 60 kilometer ten noorden van Bagdad werden in opdracht van Saddam vermoord. Bij het dorp was een mislukte aanslag op hem gepleegd. Alle vrouwen en kinderen werden opgepakt en jarenlang opgesloten. Alle mannen werden geëxecuteerd. Hoewel er veel meer aanklachten tegen Saddam nog liepen is hij dus voor deze moordpartij zelf geëxcuteerd.

Saddam Hoessein was vanaf 1979 president van Irak, maar al veel langer als vice-president de sterke man van Irak. Hij was een groot bewonderaar van Stalin en gebruikte terreur om de verschillende Iraakse etnische groepen in toom te houden.

Zijn eerste buitenlandse oorlog tegen Iran deed hij nog met steun van Amerika. Maar met zijn tweede militaire avontuur, de invasie van Koeweit, verspeelde hij de steun van Washington. In Irak kende de verplichte persoonsverheerlijking van Saddam geen grenzen.

In NOVA vanavond een terugblik op het proces en een portret van de oud-dictator en het laatste nieuws uit Bagdad van de Amerikaanse journalist Philip Robertson.

In de studio commentaar van Robert Soeterik, Midden-Oostendeskundige en advocaat Micha Wladimiroff over de gevolgen van de executie voor Irak.