Dit is het NOVA-archief. Vind en bekijk de NOVA-reportages, dossiers, en opinie-artikelen.

Scheringa en Van Goor reageren op DSB-akkoord

8 okt 09

DSB Bank en de Stichting Steunfonds Probleemhypotheken hebben vandaag een akkoord getekend over de manier waarop klachten over de bank worden afgewikkeld.


Ultimatum
De gedupeerden van de DSB-bank hadden een ultimatum gesteld: zij wilden uiterlijk vrijdag aanstaande om 17.00 uur een handtekening onder een oplossing van de financiële problemen. Anders werd een gang naar de rechter niet uitgesloten. Maar dat is nu dus niet meer nodig.

De aanbeveling
Ombudsman Financiële Dienstverlening, Jan Wolter Wabeke, heeft "enkele honderden klachten" ontvangen over DSB Bank. Dat was genoeg om zich "een algemeen beeld te vormen van de problemen" en vervolgens te komen tot een "categorale aanbeveling":

1. De woningwaarde
 Om de eventuele restschuld van een cliënt te bepalen en dus de omvang van de afloscapaciteit die opgebouwd moet worden, moet de waarde van de woning van de cliënt worden vastgesteld. De waarde van de woning zal worden geacht gelijk te zijn aan de helft van de optelsom van:
(i) de onderhandse waarde zoals getaxeerd ten behoeve van de meest recente en door DSB verstrekte hypothecaire geldlening (indien deze taxatie ouder is dan vijf jaar dan heeft DSB het recht de woning op eigen kosten opnieuw te laten taxeren);
(ii) de WOZ waarde van de woning voor het jaar 2009. Indien de onderhandse waarde als bedoeld onder (i) meer dan 15% van de onder (ii) bedoelde WOZ waarde verschilt, dan kan DSB op eigen kosten de woning opnieuw laten taxeren. De aldus getaxeerde onderhandse waarde zal gehanteerd worden bij het doen van een voorstel van de cliënt. De uitkomst van de bovenstaande rekensom zal hierna aangeduid worden als de “Woningwaarde”.

2. Objectief vaststellen leencapaciteit
Vervolgens zal aan de hand van de Gedragscode Hypothecaire Financieringen de zogenaamde leencapaciteit van de desbetreffende cliënt worden vastgesteld.

3. Schrijnende gevallen
In geval van schrijnende gevallen zal de in 2 bedoelde leencapaciteit worden vastgesteld aan de hand van de zogenaamde NIBUD norm.

4. Geen verplichtingen boven leencapaciteit
De herziening zal worden gebaseerd op het uitgangspunt dat de cliënt maandelijks een bedrag, gelijk aan de maximale leencapaciteit kan besteden aan reguliere hypothecaire verplichtingen jegens DSB.

5. Beëindiging kapitaalverzekeringen
Cliënten zullen in de gelegenheid worden gesteld om hun bestaande kapitaalverzekeringen te beëindigen en de aldus verkregen opbrengst aan te wenden als eerste storting op een daartoe bij DSB geopende bankspaarrekening. De omvang van deze eerste storting en de daarop volgende maandelijkse stortingen zullen zodanig worden bepaald en over de bankspaarrekening zal een zodanige rente worden vergoed dat over 10 jaar een bedrag is opgebouwd, gelijk aan het verschil tussen de Woningwaarde en de hypothecaire hoofdsom (zoals deze hoofdsom bedraagt na realisatie van het voorstel).

Indien en voor zover de opbrengst van de beëindigde kapitaalverzekering meer bedraagt dan het bedrag dat nodig is als eerste storting op de bankspaarrekening, zal het restant worden aangewend om de hypothecaire hoofdsom (gedeeltelijk en boetevrij) af te lossen. Indien en voor zover de op dat moment ontstane hypothecaire betalingsverplichtingen de leencapaciteit overschrijden, zal DSB de modaliteiten van de hypothecaire geldlening zodanig aanpassen dat deze betalingsverplichtingen conform de leencapaciteit zijn. Dit kan bijvoorbeeld geschieden door de hoogte van de verschuldigde rente te verlagen. De rente zal in beginsel voor een periode van 10 jaar worden vastgezet.

6. Koopsompolissen
Cliënten zullen in de gelegenheid worden gesteld om hun bestaande DSB koopsompolissen, conform de geldende voorwaarden, te beëindigen. Deze opbrengst zal door de cliënt moeten worden aangewend om een eerste storting te doen op een daartoe bij DSB geopende bankspaarrekening. De overige modaliteiten van het voorstel kunnen gelijk zijn aan 4.

7. Maatwerk is mogelijk
Indien individuele omstandigheden daartoe aanleiding geven kan de herziening afwijken van 5 en 6, zonder afbreuk te doen aan 4.

8. Akte van cessie
Indien de cliënt met DSB een zogenaamde akte van cessie is aangegaan, zal DSB aanbieden haar bevoegdheden uit hoofde van deze akte voor een periode van drie jaar niet (meer) uit te oefenen, tenzij zich na het bereiken van een oplossing een tweede stornering voordoet (anders gezegd: een eenmalige storno is geoorloofd zonder dat zulks consequenties heeft). Bij een tweede stornering is DSB bevoegd om wederom haar rechten uit hoofde van de akte van cessie uit te oefenen. DSB zal haar rechten uit hoofde van de akte van cessie niet langer uitoefenen op het moment dat op de desbetreffende cliënt van DSB de schuldsaneringsregeling van toepassing is.

9. Overlijdensrisicoverzekering
De herziening kan mede inhouden dat de cliënt een overlijdensrisicoverzekering (tegen doorlopende premie) dient af te sluiten of dient te continueren voor een bedrag minimaal gelijk aan het verschil tussen 75% van 90% van Woningwaarde enerzijds en de hypothecaire hoofdsom anderzijds.

10. Finale kwijting
De cliënt dient bij acceptatie van het voorstel DSB en haar groepsmaatschappijen finale kwijting te verlenen voor alle vorderingen uit hoofde van eventuele tekortkomingen, in het bijzonder de op DSB en haar groepsmaatschappijen rustende zorgplicht.

11. Consumptief krediet van andere banken
In schrijnende gevallen kan bij de herziening rekening worden gehouden met consumptief krediet, afgenomen van andere partijen door dit consumptief krediet tot maximaal een bedrag van € 10.000,00 te herfinancieren.

12. Bijdrage van € 275,00 voor advies
Indien de cliënt het voorstel van DSB accepteert dan zal DSB aan de cliënt een eenmalige vergoeding verstrekken van € 275,00 indien de cliënt zich over het voorstel van DSB heeft laten adviseren. Deze vergoeding is bedoeld als een bijdrage in de hieraan verbonden kosten. De cliënt is geheel vrij in de keuze van zijn onafhankelijk financieel adviseur.

Overigens geldt dat deze Aanbeveling niet bindend is, noch voor consumenten, noch voor DSB.

Ex-medewerkers
De DSB Bank is de afgelopen maanden meerdere keren negatief in het nieuws geweest. Maar na de NOVA-uitzending waarin ex-medewerkers een boekje opendoen over de handelswijze van DSB, komt alles in een stroomversnelling. Er gaat geen dag voorbij of DSB is in het nieuws. Twee, concurrerende, stichtingen staan de door DSB gedupeerden terzijde: stichting Steunfonds Probleemhypotheken van Jelle Hendricks, en stichting Hypotheekleed van Pieter Lakeman.

Akkoord
Het is de stichting Steunfonds Probleemhyptotheken vandaag dus gelukt, samen met ombudsman Wabeke, een akkoord te bereiken waar alle gedupeerden, ook die zich hebben aangesloten bij de stichting Hypotheekleed, van kunnen profiteren.

In de studio een reactie van drie direct betrokkenen: Dirk Scheringa, eigenaar van de bank, Hans van Goor, rechterhand van Dirk Scheringa, en Jelle Hendrickx, voorzitter van de stichting Steunfonds Probleemhypotheken.

Naar boven

 

In dezelfde uitzending

 

Extra Informatie

  •  
  •  

Het NOVA Archief

Vind en bekijk de reportages die zijn uitgezonden in NOVA in het NOVA-archief.

NOVA Archief