Dit is het NOVA-archief. Vind en bekijk de NOVA-reportages, dossiers, en opinie-artikelen.

G20: Yes we can?

14 NOV 08

Washington is dit weekeinde het schouwtoneel van een merkwaardig schimmenspel, als de leiders van 20 economische mogendheden zich rond de tafel scharen voor een conferentie in de geest van de jaren dertig.

Gastheer George W. Bush zal te zien zijn in de rol van de meest afwezige aanwezige. Hij zal zich er met verve van kwijten. Lastiger is het voor zijn opvolger Barack Obama, die achter de schermen mee zal spelen als de meest aanwezige afwezige. Het succes van de top zal in niet geringe mate afhangen van zijn invloed, ook al zal hij formeel niet aan het crisisberaad deelnemen. De meest aanwezige aanwezige tenslotte is initiatiefnemer Nicolas Sarkozy, die zonder twijfel de sterrenrol voor zichzelf in gedachten heeft. Hij zal rekening moeten houden met anderen die de show willen stelen. De Brit Gordon Brown bijvoorbeeld. Of misschien wel de Chinese premier Hu Jintao

De rust op de aandelenmarkten leek de laatste weken enigszins te zijn weergekeerd, in de schijnbare overtuiging dat we het ergste hebben gehad. Na de dramatische koersdalingen van de afgelopen maanden lijkt de lucht er wel uitgeperst, en het dieptepunt ongeveer bereikt. De huidige koersen lijken een reële weerspiegeling van de nieuwe economische werkelijkheid; het instortingsgevaar van het mondiale financiële systeem is tijdig onderkend en adequaat bestreden met spectaculaire en wereldwijde overheidsingrepen. En toch. De angst zit diep. De bankencrisis mag dan min of meer zijn bezworen, de echte klappen moeten nog komen. De golf aan ontslagen en faillissementen is nog maar net op gang gekomen, en niemand weet waar het eindigt.

Dalende prijzen
De cijfers zijn niet erg geruststellend. Vooral de autoindustrie illustreert dat de economie met een schok tot stilstand komt. In Amerika zag General Motors de verkoop in oktober kelderen met 45 procent; het concern balanceert nu op de rand van de afgrond en is in grootte inmiddels gepasseerd door het Japanse Toyota, dat de omzet ook met 20 procent zag afnemen. In Nederland sturen de vrachtwagenfabrikanten DAF en Scania al het uitzendpersoneel naar huis bij een sterk teruglopende orderportefeuille. En in Duitsland - nu officieel in recessie - meldt BMW een winstdaling van ruim 60 procent.

Dat alles hoeft, economisch gezien, nog geen ramp te zijn. De terugval zal voor een deel tijdelijk zijn, omdat consumenten en bedrijven nu even voorzichtig zijn en hun (dure) aankopen uitstellen. Daar kunnen ze, bij dalende prijzen, ook hun voordeel mee doen. Normaal gesproken trekt de vraag dan vanzelf weer aan en zorgt het inhaaleffect zelfs voor een extra stimulans die de economie weer doet opbloeien.

Het probleem is dat er weinig normaals is aan de huidige crisis, die zich alleen laat vergelijken met de beurskrach van 1929 - het begin van een diepe depressie die zou duren tot (na) de Tweede Wereldoorlog. De overeenkomst zit 'm vooral in een woord dat voor de naoorlogse generatie niet meer is dat een theoretisch begrip: deflatie. Dat roept angstbeelden op van een spiraal waarin de prijzen tuimelen en investeerders en consumenten gaan afwachten - zodat de economie vrijwel stilvalt.

Feit is dat de prijzen spectaculair dalen. Niet alleen de olieprijzen maken een duikvlucht - van bijna 150 naar 60 dollar per vat in een paar maanden, maar ook die van andere grondstoffen - zoals koper, aluminium en ijzer. Tegelijkertijd is er het besef dat de voorraden eindig zijn en er geen toekomst meer is voor de Hummer en andere olieverslinders. Niet voor niets wordt een eventueel reddingsplan voor de Amerikaanse auto-industrie gekoppeld aan de eis van een drastische vernieuwing of beter: 'vergroening'. Dat voedt de onzekerheid en betekent zand in het mechanisme dat dalende prijzen als vanzelf leiden tot een aantrekkende vraag en dus herstel - zoals de economische theorie voorspelt.

Bretton Woods
In de jaren dertig, na de beurscrash van 1929, overspoelde het aanbod van goederen de vraag. In vier jaar tijd daalden de prijzen met een kwart, regende het faillissementen - vooral in de bouw en de metaal - en steeg de werkloosheid naar een record van 25 procent. En om het schrikbeeld compleet te maken: in die depressieve omgeving kwam het nationaal socialisme tot bloei. Zover zal het nu niet snel komen. Om te beginnen zijn er grote verschillen tussen toen en nu. Toen dreef de economie vooral op landbouw en industrie; nu op minder prijsgevoelige sectoren als (overheids)diensten, gezondheidszorg, onderwijs en toerisme. En bovendien: toen waren er geen overheden die op grote schaal ingrepen om een ineenstorting te voorkomen.

De lessen van 1929 zijn pas geleerd in 1944, met het akkoord van Bretton Woods - de geboorteplaats van de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds (IMF), twee instituten die op dit moment de regie hebben bij het blussen van financiële brandjes in landen als IJsland, Pakistan, Hongarije en Oekraine. Maar duidelijk is ook dat die lessen niet hebben voorkomen dat de wereld opnieuw balanceert op de rand van een crisis die zijn weerga niet kent. Strengere regulering van de financiële markten is geboden, zoveel is wel duidelijk.

De Franse president Sarkozy, die graag de geschiedenis zou ingaan als de grondlegger van een tweede Bretton Woods, pleit om die reden voor een herwaardering van het IMF: dat een centrale rol is toebedacht in het toezicht op het internationale bankverkeer. IMF-directeur Dominique Strauss-Kahn, landgenoot van Sarkozy, heeft er wel oren naar. Maar hij weet ook dat vooral de Amerikanen niet erg te porren zijn voor het afstaan van macht aan supranationale apparaten, en stelt zich in Washington vooral op als fondsenwerver. Het IMF zit krap bij kas, zoals niemand zal verbazen. Japan heeft inmiddels 100 miljard dollar toegezegd, maar dat is bij lange na niet genoeg.

Het verkeerde signaal
Een nieuw Bretton Woods zit er voorlopig niet in. Hooguit zullen de 20 landen een eerste aanzet geven voor financiële hervormingen en scherper toezicht. Eerst moet er een tweede reddingsoperatie in gang worden gezet, die opnieuw zal bestaan uit omvangrijke stimuleringsmaatregelen. Want duidelijk is wel dat het gevaar niet weg is met het overeind houden van de banken. Het vertrouwen is zoek, en de hoop dat de snelle groei in China, India en delen van Afrika de klap wel zullen verzachten ebt weg. Ook daar zijn de groeicijfers inmiddels drastisch bijgesteld.

Opnieuw moeten de rijkste landen diep in de beurs tasten, nu om de economie aan de gang te houden. Maar hoe? China heeft zijn verantwoordelijkheid al genomen en een recordbedrag van 586 miljard uitgetrokken voor investeringen in (spoor)wegen, milieu en plattelandsontwikkeling. Maar ook kritiek geoogst voor het invoeren van een exportsubsidie - een maatregel die precies het verkeerde signaal geeft. Als land met de grootste handelsoverschotten ter wereld zou China niet de export moeten stimuleren, maar juist de koopkracht en daarmee in import. De Chinese dadendrang heeft het vertrouwen op de effectenbeurzen dan ook geen impuls gegeven.

Het gevaar is groot dat steeds meer landen hun toevlucht zullen nemen tot maatregelen, die vooral de eigen bedreigde industrie beschermen. De Amerikaanse minister van Financiën Paulson heeft de druk om General Motors te hulp te schieten tot nu toe kunnen weerstaan, maar de vraag is of dat zo blijft als machtige vakbonden de Democraten - met inbegrip van Barack Obama - herinneren aan hun verkiezingsbelofte er vooral te zijn voor de gewone, hardwerkende Amerikaan.

Vuurproef
Protectionisme is één klip die de G20 moet zien te omzeilen; politiek gehakketak een andere. Er vallen nog wat politieke rekeningen te vereffenen in Washington. China en de rijke olielanden zullen, met recht en reden, meer invloed eisen in ruil voor een grote bijdrage aan een internationaal stimuleringsprogramma. Maar het grootste gevaar is dat de conferentie verzandt in vruchteloos geruzie over de schuldvraag. De verleiding zal groot zijn Amerika en president Bush aan te wijzen als veroorzaker van de economische ellende. Dat bederft de sfeer en zal elke oplossing blokkeren. Er is Barack Obama alles aan gelegen dat te voorkomen. Hij staat voor zijn eerste vuurproef als evenwichtskunstenaar. Zelfs al staat hij officieel nog buitenspel.
 

Tags:
 

Extra Informatie

  •  
  •  

Het NOVA Archief

Vind en bekijk de reportages die zijn uitgezonden in NOVA in het NOVA-archief.

NOVA Archief