De Concertgebouw Prijs 2011 is toegekend aan Thomas Hampson. De Amerikaanse bariton ontvangt de prijs op woensdag 8 juni 2011 tijdens een feestelijk galadiner in de Grote Zaal van Het Concertgebouw, in aanwezigheid van een groot aantal genodigden. Alexander Rinnooy Kan, voorzitter van de Raad van Commissarissen van Het Concertgebouw N.V., zal de prijs overhandigen.  De Concertgebouw Prijs, die voor de zesde keer wordt uitgereikt, is bestemd voor een musicus die, of een ensemble dat, over een langere periode een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan het artistieke profiel van Het Concertgebouw.

Thomas Hampson is – na zijn ontdekking door de grote dirigent Leonard Bernstein – uitgegroeid tot een van de grootste baritons van zijn generatie, met name met het repertoire van Gustav Mahler. In 1995 maakte Hampson tijdens het Mahler Feest een onvergetelijke indruk. Sindsdien is Hampson een vaste gast in Het Concertgebouw. In het seizoen 1997/1998 stelde hij een Carte Blanche serie in Het Concertgebouw samen.

Op 31 mei geeft Thomas Hampson een recital in de Grote Zaal van Het Concertgebouw, begeleid door pianist Wolfram Rieger, die hem ook begeleidde tijdens zijn concerten tijdens het Mahler Feest in 1995. Op 1 juni zal Hampson een masterclass verzorgen in de Kleine Zaal.

De Concertgebouw Prijs bestaat uit een plastiek naar een ontwerp van Evelyne Merkx, interieurarchitect van Het Concertgebouw. Laureaten worden na ontvangst van de prijs permanent vermeld op een plaquette in de gang nabij de solistentrap van de Grote Zaal.

De Concertgebouw Prijs is een initiatief van de besturen van Het Concertgebouw. Eerdere laureaten waren mezzosopraan Cecilia Bartoli (2004), het Beaux Arts Trio (2006), dirigent Bernard Haitink (2007), het Koninklijk Concertgebouworkest (2009) en Maurizio Pollini (2010).

Tijdens deze avond zal tevens voor de eerste maal de Concertgebouw Young Talent Award worden uitgereikt. Deze award - een gezamenlijk initiatief van corporate partner Deutsche Bank en Het Concertgebouw N.V. – zal worden uitgereikt aan de pianisten Lucas en Arthur Jussen (zie eerder nieuwsbericht).

Bron: het Concertgebouw