Het theater in de achttiende eeuw

In 1638 werd in Amsterdam de eerste Nederlandse schouwburg geopend aan de Herengracht.

Het gebouw was ontworpen door de architect Jacob van Campen (die later het stadhuis op de Dam zou ontwerpen) en was grotendeels van hout. Het gebouw werd op 3 januari geopend met het daarvoor speciaal geschreven stuk ‘Gysbrecht van Aemstel’ van Joost van den Vondel. Eeuwenlang zou dit de traditionele openingsvoorstelling van het nieuwe jaar zijn. Pas in 1968 kwam er een einde aan deze traditie.

Door een teveel aan kaarsen op het toneel, brandde in 1772 de schouwburg tot de grond toe af. Men besloot op de nieuwe schouwburg te bouwen aan het Leidseplein. Ook dit gebouw uit 1774 werd uit hout opgetrokken. Een bakstenen buitenmuur die een eeuw later om het gebouw heen gemetseld werd, kon een nieuwe brand niet voorkomen.

Na een vuuwerkspektakel in 1890 op het Leidseplein ging opnieuw de Amsterdamse schouwburg in vlammen op. Vier jaar later werd de huidige stenen Stadsschouwburg Amsterdam geopend.

De voorouder van Anouk Wijnbergen, Jannetje Enklaar, werd geboren toen er in het theater belangrijke overgangen plaats vonden. Onder invloed van de Verlichting veranderde de inhoud van de stukken. De stukken gingen steeds vaker over gewone mensen, niet langer alleen over koningen of figuren uit de mythologie. Ook gingen de acteurs veel natuurlijker spelen; minder gedragen dan voorheen.

Een bekend stuk uit deze tijd is de klucht ‘De bruiloft van Kloris en Roosje’. Het werd jarenlang als toegift gespeeld ná de ‘Gijsbrecht van Aemstel’ op de eerste dag van het nieuwe jaar. De tekst werd meestal voor de gelegenheid geschreven om de lotgevallen van het afgelopen jaar nog eens in herinnering te brengen. Het was daarmee een voorloper van de huidige oudejaarsconference.

In de achttiende eeuw werden ook opera’s en ballet-pantomimes steeds belangrijker. Een uitje naar de schouwburg was avondvullend. Het publiek kreeg afwisselend muziek, drama, balletscènes en kluchten te zien.

Meer info:
http://www.dbnl.org/tekst/worp001gesc02/index.htm
http://www.let.leidenuniv.nl/Dutch/Ceneton/index.html
http://www.stadsschouwburgamsterdam.nl/page.ocl?pageid=9&version=&mode=
http://www.theaterinstituut.nl
- Erenstein, R.L. (1996) Een theatergeschiedenis der Nederlanden. Amsterdam: Amsterdam University Press

oudste reisverhaal

1100 - In de twaalde eeuw ontstaat de 'Reis van Sint-Brandaan', het oudste reisverhaal in de volkstaal. Het vertelt hoe de monnik Brandaan en 17 reisgenoten zeven jaar over de wereld zwerven en daarbij de wonderlijkste avonturen beleven. Sint Christoffel is de beschermheilige van pelgrims en reizigers. Het verhaal wil dat hij Christus in de gedaante van een kind op zijn schouders veilig naar de overkant van een brede rivier heeft gedragen, ook al was het kind nauwelijks te tillen.

Gerelateerde artikelen


Ondertussen in de...

Koninkrijk
Koninkrijk
1814-1914
Na de val van Napoleon wil het Congres van Wenen de oude orde in Europa herstellen...