Het èchte verhaal achter de rasp

De rasp werd meegenomen op reis zodat men altijd verse nootmuskaat had.

De nootmuskaatrasp uit de collectie van het Nederlands Goud-, Zilver- en Klokkenmuseum is gemaakt door Martinus van Leeuwen in 1852 te Amsterdam. De rijke versiering van de nootmuskaatrasp getuigt van een grote liefde voor het ambacht van deze 19e eeuwse Nederlandse zilversmid.

In de zestiende eeuw kochten de Portugezen in Oost-Indië op de Molukken de eerste muskaatnoten. Na de verovering van de Molukken door de Verenigde Oostindische Compagnie kreeg de V.O.C. het monopolie van de handel in muskaatnoten.

In het begin van de zeventiende eeuw werd het gebruik van de muskaatnoot bij de meer welgestelden algemeen. De muskaatnoten konden in het doosje worden bewaard. Een rasp was noodzakelijk om de noot tot specerij te kunnen vermalen en te gebruiken. De in het zilveren doosje aangebracht rasp is van ijzer; zilver is te zacht voor het gebruik als rasp en wordt snel te bot.

Nootmuskaatraspen werden ook veelvuldig meegenomen op reis, zodat er bij de maaltijd altijd vers geraspte nootmuskaat beschikbaar was.

Meer info:
- Het Nederlands Goud-, Zilver- en Klokkenmuseum in Schoonhoven http://www.ngzkm.nl/

De eerste oploskoffie

1962 - Op de Huishoudbeurs introduceert Nescafé de eerste instant koffie.

Gerelateerde artikelen


Ondertussen in de...

Koninkrijk
Koninkrijk
1814-1914
Na de val van Napoleon wil het Congres van Wenen de oude orde in Europa herstellen...