Volle middeleeuwen900-1300
Het einde van het Karolingische Rijk komt in zicht wanneer de Noormannen tussen 810 en ± 1000 de Nederlanden steeds vaker binnenvallen. Graafschappen en vorstendommen ontstaan en daarmee ook regionale soevereiniteit. Op politiek, economisch en cultureel vlak krijgen de steden, graafschappen en hertogdommen steeds meer invloed. Het Duitse rijk, waar de Nederlanden sinds 925 deel van uit maken, is in de 11e eeuw op zijn hoogtepunt. Daarna brokkelt de macht van de Duitse keizers af en groeit de invloed van de graafschappen en hertogdommen en die van de steden. Daarnaast begint de internationale politiek een grotere rol te spelen. De macht van de bisdommen neemt af en de kruistochten vinden in deze periode plaats. Klik op de plaatjes om meer te weten te komen over een onderwerp of gebeurtenis uit deze periode.
|
Graaf Floris V![]()
Graaf Floris V van Holland laat een aantal kastelen bouwen, waaronder het Muiderslot. Op het Haagse Binnenhof breidt hij het jachtpaleis van zijn vader, graaf Willem II, uit met een feestzaal in gotische stijl, de Ridderzaal. Veel gotische ornamenten zijn ontleend aan de natuur, zoals het driepasmotief (klavertjedrievorm) en het roosvenster. In het afgebeelde spitsboograam is het vlamvormige visblaas - motief verwerkt.
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||