Een nieuwe stijl: Art Nouveau

Omstreeks 1890 vonden jonge vormgevers en architecten dat het welletjes was geweest met het hergebruik van historische stijlen.

In de periode 1890-1910 diende zich een nieuwe stijl aan, de Art Nouveau, ook wel bekend als Nieuwe Kunst of Jugendstil.

Haarlemmerstraat 83 in Amsterdam (1906).
[klik voor vergroting]
Het ideaal was het maken van een 'Gesammtkunstwerk': een samenhangend kunstwerk waaraan verschillende disciplines hadden samengewerkt.

Voor de vormgeving waren vooral de natuur en haar groeibewegingen van belang; de Nieuwe Kunst had een voorliefde voor gestileerde plantenmotieven en organische vormen. In de architectuur liet men graag de constructie zichtbaar.

Geliefd waren bepaalde soorten witte, rode, gele of oranje baksteen. Afgewisseld met geglazuurde banden gaven ze de nieuwe architectuur een kleurig aanzien. Veel van die kenmerken zijn te zien aan de gevel van het pand Haarlemmerstraat 83 in Amsterdam (zie foto), in 1906 ontworpen door J. Hegener (1864-1933).

De natuurstenen omlijsting van de ramen heeft een organisch gebogen lijn; de eerste verdieping, met sierlijk balkonhek, rust op een zichtbaar gebleven ijzeren bint. Het metselwerk is van gele bricornasteen.

Wilhelmus Goeree

1681 - Wilhelmus Goeree laat zijn boek ‘d’Algemeene Bouwkunde, Volgens d’Antyke en Hedendaagse Manier’ verschijnen met daarin aanwijzingen voor het bouwen van woonhuizen. Met name de aandacht voor het wonen in de dagelijkse praktijk is opmerkelijk in het werk van Goeree.