De tuinen van Holland

Al in de 16de eeuw waren de tuinders van Holland vermaard om hun groenteteelt met een grote variëteit aan producten. Groenten waren goedkoop en daarom bereikbaar voor de gewone man. Asperges en artisjokken waren alledaags voedsel.

In het kookboek De Verstandige Kock stonden recepten voor het gebruik van allerlei warmoes, zoals ‘frickedillen in Krop-salaet’. Ook voor ‘potagie’ (soep) en ketelkost waren groenten belangrijke ingrediënten.

De Engelsman Moryson noteerde in 1592 dat men in Nederland de gewoonte had ‘kleine stukken vleesch met wortelen in aarden potten te kooken en dit gerecht, gedurende de geheele week voor iederen maaltijd opnieuw op te warmen, met toevoeging van eenigen verschen voorraad. Dit voedsel [...] wordt hutspot genoemd’.

Op de afbeelding De groentenvrouw van J.Wittewael uit omstreeks 1618.

zedelijkheid

1823 - Oprichting van het Genootschap tot Zedelijke Verbetering der Gevangenen. Doel van het genootschap was de gevangenen in hun cel te bezoeken, onder hen geschikte lectuur uit te delen en in de gevangenis godsdienstige bijeenkomsten te organiseren. Met de zedelijke toestand van de gevangenen was het immers treurig gesteld, vond het Genootschap, zodat ‘in stede van derzelver loslating beter te zijn en het kwade te hebben afgeleerd, zij niet zelden het gevangenhuis slecher verlaten dan zij hetzelve betreden’.

Relevante tijdvakken