Verhuizen in de Jordaan

De Jordaan werd aan het begin van de zeventiende eeuw bij de grote uitbreiding van Amsterdam aangelegd en was bedoeld als volkswijk voor arbeiders en emigranten.

Door de enorme bevolkingstoename werd de Jordaan in de negentiende eeuw een arme, overbevolkte volkswijk. Rond 1900 woonden er in de wijk 78.000 mensen, dat is vier keer meer dan nu!

Door armoede en woningnood leefden de mensen er in erbarmelijke toestanden: in kleine huisjes, donkere achterkamertjes en vochtige kelders. Hele families woonden in éénkamerwoningen die gemiddeld niet groter waren dan twintig vierkante meter. De kleinste woning die een opzichter van een woningvereniging eens inventariseerde, was 4,8 vierkante meter groot en telde drie bewoners! Het is dan ook niet verwonderlijk dat het leven zich vooral op straat afspeelde.
    
De huur van een huis nam bijna een kwart van het gezinsinkomen in beslag, dus als een gezin kon besparen door naar een goedkoper huis te verhuizen, dan deed men dat. Gemiddeld verhuisden arme families eens in de zestien maanden. Driekwart van de mensen verhuisde in dezelfde wijk, en een-vijfde veranderde zelfs van woning in eigen straat!

Al in de 16e eeuw was de meimaand de maand om te verhuizen, en dat was in de negentiende eeuw nog steeds zo. Mei was de vaste maand waarop huurcontracten eindigden en mensen moesten voor twaalf uur ’s middags op een vaste dag in mei hun huis hebben verlaten. Een verhuizing stelde toen niet zoveel voor: men gooide het karige huisraad op een handkar en na drie keer over en weer zat de verhuizing erop. Pas in 1916 werd de vaste verhuisdag afgeschaft.

Verhuurders waren vaak huisjesmelkers die de huurders uitbuitten door hoge huursommen te vragen. Maar andersom waren ook de huurders niet even betrouwbaar. Zo gebeurde het regelmatig dat een bewoner wekenlang zijn huur niet betaalde om vervolgens met onbekende bestemming te vertrekken. Wanneer dit gebeurde, werd de naam van de huurder op een zwarte lijst gezet met daarbij de aantekening NZ: met de noorderzon vertrokken.

Pas met de komst van de woningwet in 1901 kwam er verandering in de erbarmelijke woontoestanden in de Jordaan. Krotten werden gesloopt, er kwam nieuwbouw en aan de bouw van nieuwe woningen werden strenge eisen gesteld.

Zelf onderzoek doen
De adresgegevens van je voorouders kun je terugvinden door op zoek te gaan in de akten van de Burgerlijke Stand: geboorteaktes en overlijdensaktes. Adressen zijn soms ook terug te vinden in adresboeken en almanakken. Ook kun je een heel eind komen met kadastrale gegevens, de registratie van onroerend goed en notariële aktes. Wanneer oude straten niet meer in de stad bestaan, kun je ook op zoek gaan op oude kaarten.

 
Meer info:

  • Meijer, R., De Jordaan gaat nooit verloren. Amsterdam: Island Publishers 1997.
  • Kruizinga, J. e.a., Het XYZ van Amsterdam. Amsterdam: Amsterdam Publishers 2002.
  • Keesom, J. Wonen, Woning, Wet: 100 jaar woningwet. Amsterdam: Stedelijke Woningdienst Amsterdam 2000.
  • Kok, J., K. Mandemakers en H. Wals, ‘Verhuizen als bestaansstrategie, Amsterdam 1890-1940. In: Tijdschrift voor sociale geschiedenis. Nr. 3, p. 333 t/m 357, 2003
  • Werkman, E., De Jordaan. Amsterdam: Elsevier 1980
  • Bosman, M., 'Hoe verhuizen een vak werd.' In: Ons Amsterdam. Mei 2004, p. 165-168.
  • Ottens, E., Ik moet naar een kleinere woning omzien want mijn gezin wordt te groot: honderdvijfentwintig jaar sociale woningbouw in Amsterdam. Amsterdam: Gemeentelijke Dienst Volkshuisvesting 1975.
  • www.jordaaninfo.nl
  • www.bijonsindejordaan.nl
  • www.buurt-online.nl
  • www.jordaanweb.nl
  • www.woonmaatschappij.nl

Bruin brood

1970 - Omstreeks 1970 wordt het mode, want gezond, bruin brood te eten – een broodsoort die vroeger vooral werd gekocht door het volk. Al spoedig zijn bij de warme bakker allerlei bijzondere broodsoorten te koop, waaronder het tien- of twaalfgranenbrood.

Relevante tijdvakken