De trekschuit: traag maar efficiënt![]() [klik voor vergroting]
In zijn Camera Obscura, geschreven in 1837, windt Nicolaas Beets er
geen doekjes om: het Nederland van zijn dagen is naar zijn oordeel maar een bekrompen, achterlijke en suffe natie. Terwijl in Engeland en
België al stoomtreinen reden, verplaatste Nederland zich grotendeels
nog per trekschuit, met een snelheid van zo’n vijf kilometer per uur.
Voor de passagiers had Beets al evenmin een goed woord over. Hij vond ze stom, bekrompen en achterbaks. Uit zijn eigen omgeving kende hij vele mensen die, door te vaak met de trekschuit te reizen, lafhartig, kruiperig, gierig, koppig en kwelgeesten waren geworden. Beets overdreef. Talrijke buitenlandse bezoekers hebben met verbazing de trekschuit bekeken en bewonderd. Zij prezen de stiptheid waarmee de schuiten voeren, en gaven hoog op over de wijze waarop door een uitgekiend netwerk van trekvaarten een belangrijk deel van het land efficiënt bereisd kon worden. Zonder dit kanalennet, zo was de unanieme mening, zouden de Lage Landen nooit zo machtig en welvarend hebben kunnen worden. Op de afbeelding: Het Damsterdiep, waarover vijfmaal daags een trekschuit de dienst tussen Groningen, Appingedam en Delfzijl onderhield. |
eerste politiehond
1908 -
De politie van Bloemendaal krijgt als eerste de beschikking over een
afgerichte politiehond. Het dier is in Duitsland aangeschaft voor 600
Reichsmark.
Reizen en verkeerGerelateerde artikelenRelevante tijdvakken |
|