Duitse kunstenaars in ballingschap

Tussen 1933 en 1940 verlieten tienduizenden Duitsers het nationaal-socialistische Derde Rijk. Onder hen, behalve joden, ook veel politieke vluchtelingen die de grond te heet onder de voeten werd, en (al dan niet joodse) kunstenaars die zich niet langer in het land thuisvoelden.
Die Nacht dateert al uit 1918-1919. Beckmann schilderde het naar aanleiding van de Eerste Wereldoorlog.
[klik voor vergroting]
De emigratie van deze laatsten, ook naar Nederland, is bekend geworden als het 'Exil'. Omdat de Nederlandse regering Hitler zo min mogelijk voor het hoofd wilde stoten, en de economische crisis op zijn hoogtepunt was, kwamen de emigranten in een land dat niet op hen zat te wachten.

Dat gold zeker voor de (linkse) politieke vluchtelingen. Onder de immigranten waren ook veel toneelspelers en cabaretiers die in intellectuele en progressieve kring veel succes hadden.

Populair was de politieke cabaretgroep 'Die Pfeffermühle' van Erika Mann, dochter van de schrijver Thomas Mann, die tussen 1934 en 1936 met een antifascistisch programma door Europa reisde.

De Nederlandse regering was niet blij met dit 'exiltheater' en probeerde tevergeefs het optreden ervan te verbieden. In 1936 vertrok het gezelschap naar de Verenigde Staten.

Voor de expressionistische schilder Max Beckmann was de tentoonstelling van zogenaamde 'Entartete Kunst', in 1937 door de nazi’s georganiseerd in München, aanleiding zijn land te verlaten: hij was een van deze ontaarde kunstenaars. Van 1937 tot 1947 woonde hij aan het Rokin in Amsterdam, waar hij een kwart van zijn 800 doeken schilderde.

Die Nacht (afbeelding) dateert al uit 1918-1919. Beckmann schilderde het naar aanleiding van de Eerste Wereldoorlog.

dagdetentie

1988 - In Rotterdam begint een experiment met dagdetentie aan het einde van de straftijd. Overdag nemen de gevangenen deel aan trainingen in sociale vaardigheden en praktische handvaardigheid; ‘s avonds mogen ze naar huis. Het experiment slaagt. In 1995 zijn er al zes centra voor dagdetentie.