2 - Verder onder vreemd gezag


Straatnamen aanpassen

De bezetter begon in 1940 langzamerhand de sporen die het Oranjehuis in de samenleving had nagelaten uit te wissen.
Namen van leden van het Koninklijk Huis mochten na Anjerdag niet meer in de krant of op de radio worden genoemd. Een aantal geschiedenisboekjes voor het onderwijs werd aangepast.

Daarnaast moesten veel scholen een andere naam krijgen en natuurlijk ook veel straatnamen. Dat was nog een flinke operatie, die enige jaren in beslag nam.

Het Generalkommissariat für Verwaltung und Justiz meldde op 3 januari 1942 aan de Nederlandse secretarissen-generaal '…dass Strassen, Plätze, Parks und ...., in deren Bezeichnung die Namen lebender Mitglieder des Königshauses verwandt sind, eine neue Bezeichnung erhalten.'

Midden In de eerste helft van 1942 werden bijvoorbeeld de straatnamen in Voorburg veranderd: De Koningin Wilhelminalaan werd Admiraal de Ruyterlaan, het Koningin Wilhelminaplein werd Willem de Zwijgerplein, de Julianastraat werd Johan Willem Frisostraat en de Prins Bernhardlaan werd Constantijn Huygenslaan. En dat moest dus in het hele land gebeuren.

Het Prins Bernhardplein in Amsterdam wordt hernoemt tot Gooiplein. Het Wilhelminapark in Utrecht werd omgedoopt in Nassaupark. Dat doet ook denken aan de Oranjes, maar het hertogdom Nassau ligt ten minste in Duitsland.

In Groningen wordt de Wilhelminakade de Plantsoenkade. In Nijmegen krijgt de Prins Bernhardstraat als nieuwe naam: van Schevichavenstraat.

In de zomer van 1942 worden daarnaast straatnamen verwijderd die joodse of joods-aandoende namen hebben. Zo verandert de burgemeester van Amsterdam de Sarphatistraat in Muiderschans en wordt het Wertheimpark de Parktuin. De Jozef Israëlskade wordt Tooropkade en de Mozes en Aäronstraat wordt Poststraat.

Op 18 mei 1945 is besloten dat al deze naamwijzingen ongedaan zouden worden gemaakt.