Onderhandingen in Linggadjati

Met het Akkoord van Linggadjati verklaart de Republiek Indonesië zich bereid samen met andere Indonesische gewesten lid te blijven van het Koninkrijk. In ruil daarvoor erkent Nederland het bestaansrecht van de Republiek.

Bron: Ongebruikt materiaal uit De Oorlog afl. 8 (1 min. 50 sec.)

Media:

  • Onderhandingen in Linggadjati
    Onderhandingen in Linggadjati
    Met het Akkoord van Linggadjati verklaart de Republiek Indonesië zich bereid samen met andere Indonesische gewesten lid te blijven van het Koninkrijk. In ruil daarvoor erkent Nederland het bestaansrecht van de Republiek.
    Bron: Ongebruikt materiaal uit De Oorlog afl. 8 (1 min. 50 sec.)
    Linggadjati getekend
    Linggadjati getekend
    In de Troonzaal van Paleis Rijswijk te Batavia wordt het Acoord van Linggadjati, afgesloten op 15 november 1946, getekend door oa S. Sjahrir, H.J. van Mook en W. Schermerhorn.
    Bron: Beeld en Geluid Beeld en Geluid:  Polygoon Hollands Nieuws, 25 maart 1947
    Filmploeg bij Linggadjati
    Filmploeg bij Linggadjati
    De filmploeg van De Oorlog gefilmd bij het filmen van het museum in Linggadjati waar in 1946 vredesonderhandelingen werden gehouden.
    Bron: NPS: film: Yfke Nijland; montage: Hasan Coskun

Verdrag van Linggadjati

In de zomer van 1946 kreeg Nederland weer een parlementair kabinet, dat vooral steunde op de twee grootste partijen bij de eerste naoorlogse verkiezingen, de KVP en de PvdA.
Louis Beel werd de nieuwe premier, met PvdA-er Willem Drees als vice-premier. Overzeese Gebiedsdelen ging naar de jurist J.A. Jonkman, die een kenner van Indië was.

Hij trad toen pas toe tot de PvdA en maakte in zijn welkomswoord tot zijn ambtenaren al direct duidelijk dat hij niet bepaald tot de uiterste linkervleugel behoorde en Indië eigenlijk niet kwijt wilde:

‘Nederland was altijd, was tot voor deze oorlog, en moet blijven: een wereldrijk. Welke fouten wij ook gemaakt hebben, wij hebben proefondervindelijk bewezen, traditioneel recht te hebben op een taak overzee.

Daartoe behoeven wij een wereldrijk in die zin, dat wij vaste steunpunten hebben. Dus ook een arbeidsveld, waar wij een zeker monopolie hebben.’


Willem Schermerhorn kreeg een nieuwe functie: hij kwam aan het hoofd van een speciale onderhandelingsdelegatie voor het Indonesisch conflict, de Commissie-Generaal.

Die delegatie bereikte eerst een wapenstilstand tussen de republikeinen en het Nederlandse leger. En in het bergdorp Linggadjati, waar de beide delegaties zich hadden opgesloten, volgde ook een verdrag dat de toekomstige verhouding tussen Indonesië en Nederland regelde.

Het was de ultieme triomf van topvergaderaars, ze hadden in een uitputtingsslag hun doel bereikt. Schermerhorn juichte in zijn dagboek dat ze de tegenpartij plat hadden vergaderd.

Met dat verdrag van Linggadjati liep het slecht af. Het Nederlandse parlement verbond er allerlei voorwaarden aan, en ook de Indonesiërs hadden hun eigen interpretaties.

Beide partijen aarzelden ook met het tekenen van de overeenkomst. Pas toen de partijen afgesproken hadden (op voorstel van Max van Poll, de KVP-er in de onderhandelingsdelegatie van Schermerhorn) dat ze alleen tekenden voor hun eigen interpretatie, werd het verdrag van Linggadjati een feit. Maar toen was de stemming tussen alle betrokkenen al behoorlijk verziekt.


Bronnen:
*'Linggadjati' (Andere Tijden)
*Dagboek van Schermerhorn' (Groningen, 1970)
*H.W. van den Doel, 'Afscheid van Indië, De val van het Nederlands imperium in Azië' (Amsterdam, 2000)