Navigeren in de tijd van de VOC

De kwaliteit van de Nederlandse VOC-kaarten behoorde tot de hoogste ter wereld

In de tijd van de VOC, waren er verschillende manieren om de schepen naar hun bestemming te navigeren. Daarbij waren drie zaken heel belangrijk: de snelheid van het schip, de positie van het schip en de route.

De snelheid werd gemeten met een handlog. Het houten schuitje werd van de achtersteven in het water gegooid en stond door een stukje lood rechtop in het water. Het schuitje bleef tamelijk onbeweeglijk in het water liggen terwijl het touw dat er aan vast zat steeds verder werd afgewikkeld. In het touw zaten knopen met een vaste onderlinge afstand. Deze knopen passeerden de hand van een bemanningslid en werden geteld, terwijl een collega een zandloper van 28 seconden vasthield om de tijd te meten. Het aantal knopen was een maat voor de snelheid. Zo wist men hoeveel ‘knopen’ men voer. Later werd 1 knoop gelijk aan 1 zeemijl per uur.

Voor de positiebepaling moest men de breedte- en lengtegraad weten. Met een jacobsstaf of graadboog werd de breedtegraad bepaald; dus hoever een schip zich ten noorden of zuiden van de evenaar bevond. Het instrument bestond uit een stok (tot circa een meter lang) waarop een schaalverdeling was aangebracht, en waarlangs een haaks daarop geplaatste vaan kon schuiven. Men hield het uiteinde van de jacobsstaf tegen de oogkas en keek beurtelings naar de horizon en naar de zon of poolster. Als de vaan zo werd geschoven dat deze precies tussen die twee punten leek te passen, las men de schaalverdeling af. In combinatie met de bekende hoogte van de zon voor die dag kon de breedtegraad uitgerekend worden.

Voor de lengtegraad was geen handig instrument. Omdat de aarde draait, was er geen vast punt om van uit te gaan, zoals de zon of poolster. Men kon wel een schatting maken met behulp van de gevaren afstand (bepaald met het handlog) en een kompas.

Om de route te bepalen gebruikte men zogenaamde paskaarten. Dit was een getekende kaart voorzien van windrozen en kompaslijnen. Ook maakte men gebruik van globes aan boord. Daarnaast had men een leeskaart. Dat was een soort van verzamelwerk met allerlei gegevens over bijvoorbeeld stromingen, getijden, dieptes, herkenningspunten, zandbanken en windrichtingen.

De VOC gebruikte haar eigen kaarten. De kwaliteit van de Nederlandse paskaarten behoorde tot de hoogste ter wereld. Ze werden als bedrijfsgeheim beschouwd. De hoofdofficieren van elk schip waren daarom verplicht de handgemaakte kaarten na de reis weer in te leveren.

Toch gingen veel kaarten verloren omdat ze achterover gedrukt werden en op de zwarte markt verkocht.De mannen van de VOC waren heel kundig. Iedereen kent natuurlijk wel de rampverhalen zoals van het schip de Batavia. Maar in werkelijkheid kwam maar liefst 98% van de schepen veilig aan. De VOC was echt een professioneel bedrijf met miljoenen guldens omzet. Dan laat je je schippers natuurlijk geen onnodige risico’s nemen.

Meer info:
http://www.dehilster.info/
http://www.vocsite.nl/geschiedenis/navigatie.html
http://www.atlasofmutualheritage.nl/main.aspx?lang=nl 

 

 

gevangeniswezen

1821 - Reorganisatie van het gevangeniswezen. Er komen vijf soorten gevangenissen: Huizen van Arrest voor van misdaad verdachte personen; Huizen van Justitie voor wie in staat van beschuldiging is gesteld; Huizen van Bewaring voor wie een gevangenisstraf van maximaal zeven dagen heeft gekregen; Huizen van Korrektie voor wie tot maximaal vijf jaar is veroordeeld, en Huizen van Reclusie en Tuchtiging voor veroordeelden met gevangenisstraffen van vijf jaar en langer.

Gerelateerde artikelen


Ondertussen in de...

Interbellum
Interbellum
1918-1940
Periode 'tussen beide wereldoorlogen'. In Nederland een betrekkelijk rustige periode...