Taalverwarring in Het Groot Dictee van 2013
door Anneke Neijt
Dit jaar volop moeilijke woorden in Het Groot Dictee. De jury hoefde slechts voorstellen te doen voor vereenvoudiging en vast te stellen wat de juiste spelling is. Nu alles achter de rug is, vertel ik graag meer over de tekst vanuit mijn dubbelrol van jurylid en wetenschapper.
Om goed commentaar te geven moet je weten wat het doel is van de tekst. Waarom schrijft iemand deze tekst en wie zal hem lezen? Het dictee van Kees van Kooten is geschreven voor een groot publiek van dicteeliefhebbers. Het gaat om een spel van vormen met een betekenis, waarover wel het een en ander taalkundig toe te lichten valt. Welke bewoordingen kiest de schrijver en wat waren de andere mogelijkheden?
Er staat – andere mogelijkheid | Toelichting |
przewalskipaardenmiddel – przewalskipaardpaardenmiddel |
Wil je benadrukken dat het een paardenmiddel is? Of is het gewoon een middel waarbij het woord przewalskipaard gebruikt is? |
na koffie gedronken te hebben – na de koffie |
Een beknopte bijzin is lastiger dan een zinsdeel zonder werkwoord. Hier bovendien de vervelende bijbetekenis dat Het Groot Dictee koffie drinkt. |
het Groot Dictee – Het Groot Dictee |
Hoort het lidwoord bij de naam? Kijk even na – hoe noemen de organisatoren van het Dictee dit evenement? (In het juryrapport stond het, maar Het is ook goed gerekend.) |
niettegenstaande – niettegenstaande dat – ondanks dat (dan behoud je dat negatieve) – hoewel (klinkt positiever) |
Het is mogelijk om ingebedde zinnen te beginnen met een voorzetsel, maar duidelijker is het om daar het voegwoord dat aan toe te voegen. Bijv. Doe de lichten uit voor(dat) je weggaat. |
macedoine, thesaurus, bêtises, journaille, raillerend, exposé, piteuze, accusatie, enz. – mengelwerk, schatkamer, dommigheden, persmuskieten, spottend, uiteenzetting, deerniswekkende, beschuldiging,enz. |
Overmatig gebruik van leenwoorden leidt tot de reactie (op Twitter): “Ik doe pas weer mee als Het Groot Dictee in het Nederlands is.” Er zijn mooie inheemse woorden met dezelfde betekenis. Gemakkelijker te begrijpen, ook al gaat het om woorden die zelden gebruikt worden, zoalsmengelwerk. Minder geschikt als dicteewoord. |
initiëren – beginnen |
Het inheemse woord beginnendrukt de betekenis beter uit. Het leenwoord initiëren betekent ‘invoeren’ of ‘inwijden’ en dan gaat het om een situatie waarin iemand voor het eerst begint met iets. |
anno hodie, quid pro quo – anno nu, voor wat hoort wat |
(Potjes)latijn. Niet iedereen zal deze uitdrukkingen begrijpen. |
postale verbiage – per post verstuurd gewauwel – omhaal van woorden in brieven |
Mooi dat verbiage net alswiewauwen verband houdt metwauwelen. |
anastrofes, zeugmata, polysyndetons, anakoloeten, contaminaties, emenderen | Vaktermen die toelichting behoeven wanneer de tekst bedoeld is voor lezers die niet geschoold zijn op dit terrein. |
gardekorps Nederlanders – Nederlandse garde – korps van Nederlanders |
Is gardekorps een contaminatie? Het gaat toch niet om de elite-eenheid uit het Pruisische of Napoleontische leger? |
het breidelen van grammaticale valstrikken beschermt ons tegen een Babels imbroglio – ??? |
Er staat zoiets als: het onder controle houden van grammaticale valstrikken beschermt ons tegen een Babylonische spraakverwarring. Dat klopt toch niet? In de zin daarna wordt uitgelegd dat de Babylonische spraakverwarring een beschermende werking heeft. |
u beseft iets te kunnen deleten – u beseft dat u iets kunt wissen |
Bij beseffen is een beknopte bijzin minder gebruikelijk dan een ingebedde zin met het voegwoorddat. |
Kijk nog eens naar de zin met breidelen. De bedoelde zinsdelen staan er wel, maar in de verkeerde volgorde en met de verkeerde functie. Dat doet me denken aan letterverhaspelingen zoals Vlgones een oznrdeeok op een Eglnese uvinretsiet mkaat het neit uit in wlkee vloogdre de ltteers in een wrood saatn. Opmerkelijk: of het nu om een verhaspeling van letters of een verhaspeling van zinsdelen gaat – de boodschap komt wel over, al kost dat meer moeite. Wat verboden is in wetenschappelijke teksten, kun je in dicteeteksten gerust doen.
Het dictee van Van Kooten is genieten voor de liefhebber van teksten met een interne systematiek en dubbele bodems. Een onlogische zin past gewoon in het betoog - zo zijn vorm en betekenis met elkaar in overeenstemming. Wat mij betreft, een prachtig dictee. Extra leuk dat het dictee leidde tot discussies over taalkundige kwesties. Meer daarover op het weblog van de afdeling Nederlandse taal en cultuur van de Radboud Universiteit Nijmegen.
De tekst, meer uitleg en het juryrapport vindt u hier. Ook is de uitzending te bekijken en worden de spelregels uiteengezet, met extra informatie bij de versie van 2013.