Van stoom naar data door Jonathan Maas
De komst van de stoommachine leverde een industriële revolutie en veel nieuwe arbeid op. In de digitale revolutie ontstaat ook nieuw werk. Wat is er nodig om daar van te profiteren?
Het wemelt de laatste jaren van de technologische innovatie binnen mijn vak, de journalistiek: algoritmes die nieuwsberichten schrijven, immersive journalism beleven met Oculus Rift-techniek en datadesign bij de krant. Als honderd procent alfajongen heb ik ooit zo snel als ik kon alle exacte vakken uit mijn pakket gedonderd, ik ging tenslotte toch iets creatiefs met taal doen. Little did I know. Sinds de digitale revolutie kan niemand meer om technologie heen, ook een journalistiek schrijver niet. Heb je de mazzel dat je in dienst bent bij een krant of omroep, kun je het technologische deel altijd nog overlaten aan de datadesigners en braaf je stukjes tikken, maar wanneer je als freelancer met je collega’s op de markt concurreert, kun je maar beter snel een cursus data-analyse en programmeren volgen. Voordat je een half jaar droge pasta eet.
De industriële revolutie in de negentiende eeuw leverde veel nieuwe banen op. Hard en eentonig werk in de fabriek, dat wel, maar soms wel dé weg uit bittere armoede. Zieltogende regio’s bloeiden op, iedereen profiteerde. Als keuterboer had je geen LOI-cursus nodig voor lopendebandwerk in een textielfabriek, de omslag was snel gemaakt. Dat is in de digitale revolutie wel even anders. Enerzijds gaan veel banen verloren, de robotisering en automatisering maken veel menselijke arbeid overbodig. In de zorg, fabriekshallen en kantoorpanden: overal worden mensen vervangen door slimme software en machines. En als algoritmes prima nieuwsberichten kunnen maken, wordt schrijver dezes binnenkort ingewisseld door een robotjournalist.
Erg? Twee economen, Georg Graetz van de Universiteit van Uppsala en Guy Michaels van London School of Economics, verzamelden cijfers over robotisering, productiviteit en banen voor zeventien en veertien sectoren over de periode 1993- 2007. De onderzoekers vonden geen relatie tussen robotdichtheid en het aantal door mensen gewerkte uren, wel een duidelijke relatie met economische groei: meer robots leidt tot meer welvaart, niet tot minder werk voor mensen. Er waren wel ‘aanwijzingen’ dat de werkgelegenheid voor laagopgeleide werknemers te lijden had onder de opkomst van de robot. Verlies dat wordt goedgemaakt door nieuwe banen voor hoger opgeleiden.
Als keuterboer had je geen LOI-cursus nodig voor lopendebandwerk in een textielfabriek, de omslag was snel gemaakt
Ineke Dezentjé Hamming is voorzitter van de ondernemersorganisatie voor de technologische industrie FME-CWM en van het zogeheten team ‘Smart Industry’ dat Nederland moet klaarstomen voor de hightech toekomst. In een vorig leven was ze Kamerlid voor de VVD. Voor de miljoenen banen die er de komende tien/twintig jaar verdwijnen, komen er evenveel banen bij, is haar overtuiging. Voorbeelden van nieuw type werk: de city farmer die sla en wat dies meer zij kweekt in flats, appartementen en kantoorgebouwen, data-architecten die structuren ontwerpen waarbinnen data goed wordt geanalyseerd en veilig is opgeslagen en telechirurgen die vanuit Nederland vakantiegangers in Taiwan opereren.
Levenslang leren
Het is een open deur van jewelste om te stellen dat je dit werk niet aan een elke willekeurige sterveling kunt overlaten. De postbode die zijn ambacht down the drain ziet gaan door alle online communicatie en de opkomst van drones zal zich eerst moeten omscholen voordat je je data aan hem toevertrouwt (laat staan dat je je door hem laat opereren, mocht je ooit in Taiwan onder het mes moeten). Punt van zorg: ‘Nederland heeft een grote achterstand op het gebied van scholing’, stelt Ineke Dezentjé Hamming kritisch. ‘Mensen zullen in hun leven negen verschillende banen krijgen’, denkt ze vooruit. ‘Een technische opleiding volgen en denken dat je een vak vervolgens 45 jaar kan uitvoeren is niet meer denkbaar. We moeten levenslang leren. Dat zit bij veel mensen niet in hun mindset en bovendien is het volwassenonderwijs slecht geregeld. Te ingewikkeld en te duur.’ Ze doet een suggestie. ‘HBO’s en ROC’s moeten geschikt worden om volwassenen er zomercursussen te laten doen. Dat betekent dat ze niet veertien weken per jaar dicht moeten zijn vanwege lange vakanties. Het onderwijs moet modulair worden opgebouwd. Dat betekent praktisch dat je voor je omscholing in de zomermaanden module 1 doet, met kerst module 2 en een paar maanden later neem je twee weken vrij voor module 3.’
Onderwijsrevolutie
Ondertussen experimenteert haar team Smart Industry met zogeheten ‘field labs’: proeffabrieken waarbinnen bedrijven en kennisinstellingen oplossingen ontwikkelen en nieuwe technologieën kunnen worden getest zonder dat bedrijven daar zelf dure machines voor hoeven aan te schaffen. De labs zoeken structurele samenwerking met het onderwijs, want: hoe moeten mensen worden opgeleid om de door het lab ontwikkelde oplossing uit te kunnen voeren? Dat is de hamvraag.
De onderwijsrevolutie begint wat Dezentjé Hamming betreft al bij de basisschool. ‘Ik heb een kleinzoon van drie, die speelt op de iPad en bedankte mij van het weekend in het Chinees’, illustreert ze. ‘Op de basisschool met elkaar een app maken moet de gewoonste zaak van de wereld zijn.’ Maar talen als Duits en Frans op de middelbare school afschaffen en kinderen alleen maar leren programmeren is ook te kort door de bocht. ‘Talen zijn ontzettend belangrijk, want zaken doen gebeurt steeds meer in allianties’, weet ze. ‘Als zzp’er innoveer je met allianties, met Duitse en Chinese bedrijven. Als je dan talenkennis hebt, is dat een pré.’ Een beetje werknemer in het digitale tijdperk is van alle markten thuis en vooral heel creatief en flexibel.
Een technische opleiding volgen en denken dat je een vak vervolgens 45 jaar kan uitvoeren is niet meer denkbaar. We moeten levenslang leren.
Het voormalige Kamerlid zou geen rechtgeaarde VVD’er zijn wanneer ze niet op de eigen verantwoordelijkheid zou hameren; laten we van onszelf geen slachtoffer maken als het onderwijs achterblijft. ‘Vanaf de basisschool moet het tussen je oren zitten dat je verantwoordelijk bent voor je eigen employability’, hamert ze erop. Leuk gezegd, maar een doorsnee zzp’er / technerd kan zich een cursus van tweeduizend euro helemaal niet permitteren. Dat snapt Dezentjé Hamming ook. ‘Je kunt mensen een persoonlijk opleidingsbudget bieden of levenslang opleiding belastingtechnisch interessant maken’, draagt ze aan. ‘Daar komt bij dat tweeduizend euro voor een cursus sowieso belachelijk is, dat kan goedkoper. Je hoeft niet meer met z’n allen naar een collegezaal. Met e-learning heb je geen duur pand en klaslokaal meer nodig.’
Sociale verworvenheden
Terwijl werknemers en zzp’ers zichzelf moeten klaarstomen voor de digitale toekomst, opereren de industriëlen van de 21e eeuw (techgiganten als Facebook, Apple en Google) in onontgonnen gebied met nog weinig regelgeving. Regelgeving om de arbeider te beschermen in de negentiende eeuw is de basis van onze sociale voorzieningen die nu in de digitale revolutie ironisch genoeg aan het eroderen zijn. Welke zzp’er is fatsoenlijk verzekerd en bouwt pensioen op? ‘Sociale verworvenheid moeten goed zijn maar moeten wel geënt zijn op de nieuwe tijd’, vindt Dezentjé Hamming, die voor haar partij in het verleden woordvoerder AOW-beleid en pensioenen was. ‘Je kunt niet in de negentiende eeuw blijven hangen. Ik heb lang in de Rotterdamse haven gewerkt. We maakten daar tienjarenplannen. Gebeurt niet meer, want veranderingen vinden nu plaats met de snelheid van het licht. Bedrijven maken tegenwoordig drie maandenplannen. Je moet met je personeel mee kunnen ademen met de pieken en dalen in een jaar tijd.’ Moeten de verworvenheden nog wel van bovenaf worden opgelegd, vraagt ze zich bovendien af. ‘Collectief pensioen, moet dat? Veel jongeren willen helemaal niet in één bedrijfstak pensioen opbouwen want het ene jaar zitten ze in China en het volgende jaar weer ergens anders. Sociale verworvenheden moeten toe naar maatwerk. Je moet meer doen met de keuzevrijheid van individuen. En de vakbonden moeten uit hun comfortzone en moderne arbeidsverhoudingen afspreken.’
Goed punt. Ik dreig zelf over een half jaar zonder baan op straat te staan. Den Haag denkt mijn werkgever te kunnen dwingen tot het aanbieden van een vast contract. Doet hij dat niet, dan moet ik er uit. Eindeloos flexibele contracten afsluiten mag niet. Bedacht ter bescherming van de werknemer, maar in de reële moderne wereld ten nadele van de werknemer; wie neemt nog mensen in vaste dienst? Liever een flexibele baan dan geen baan, geldt voor mij en voor velen. Laat ik mij als toekomstig zzp’er toch maar snel inschrijven voor die cursus data-journalistiek…