Jaap van Duijn

Categorie: Kampen
  • Persoonsgegevens
    Naam Jaap van Duijn
    Functie Tuindersknecht die in de buurt van kamp Auschwitz werkte
    Nationaliteit Nederlandse
    Categorie Kampen
    Video
    Stad en kamp Auschwitz
    Auschwitz is in de oorlog een industriestad waar het vernietigingskamp vlakbij ligt. Via een Nederlander die in de stad werkt hoort de Joodse Raad van het kamp, verzetskrant Het Parool schrijft er in 1943 over.
    Bron: De Oorlog, deel 5 (2 min. 33 sec.)
  • Persoonsgegevens
    Naam Jaap van Duijn
    Functie Tuindersknecht die in de buurt van kamp Auschwitz werkte
    Nationaliteit Nederlandse
    Categorie Kampen
    Foto
Tuindersknecht Jaap van Duijn uit Hengelo ontdekte toevallig in 1942 wat er in Auschwitz gebeurde.
Hij was in de zomer van 1940 in Duitsland gaan werken, bij het hoveniersbedrijf Konrad Fabritzius, vlak over de grens. In de loop van 1942 kreeg hij van zijn baas het verzoek mee te werken aan een opdracht in Polen.

De firma Fabritzius moest tuinen gaan aanleggen bij kantoren en personeelswoningen van IG Farben in de stad Oscwieczim, Auschwitz. Van Duijn stemde toe, had geen idee waar hij terecht kwam.

Zijn vader, die tot over zijn oren in het illegale werk zat en onderduikers in huis hield, vond het een prima idee: een zoon die voor Duitsers werkte zou een goede dekmantel voor zijn illegale activiteiten kunnen zijn.

Van Duijn had na aankomst vrij snel door wat er in Auschwitz aan de hand was. De enorme stank zorgde ervoor dat iedereen ’s avonds de ramen moest dichthouden. Hij en zijn collega’s hadden contact met de medewerkers van IG Farben en soms ook wel met gevangenen.

Toen hij eind 1942 op verlof naar huis mocht vertelde hij de joodse onderduikers in zijn vaders huis wat hij had gehoord en ontdekt. Hij kreeg het advies dat verhaal in Amsterdam te gaan vertellen, bij de Joodse Raad.

Dat heeft Jaap van Duijn gedaan, samen met zijn collega Jaap de Snoo, die ook terug was voor verlof. Ze zijn naar Amsterdam gereisd, zo heeft hij in 1970 tegen historicus dr. L. de Jong verteld. Daar hebben ze een delegatie van de Joodse Raad meegedeeld wat ze wisten over wat er in Auschwitz gebeurde.

Ze hadden de indruk dat hun verhaal veel indruk maakte en dat hun gesprekspartners diep geschokt waren. Maar de Joodse Raad van Amsterdam heeft met die informatie niets gedaan, en het beleid van medewerking aan de deportaties niet aangepast.