Aan het huis herken je zijn bewoners

Hoe de meer welgestelde Nederlanders in de 18de eeuw woonden, wordt treffend afgebeeld op dit schilderij van de Dordtse kunstenaar Abraham van Strij.
[klik voor vergroting]
De meeste plattegronden van steden in de 16de en 17de eeuw laten nauwe straten en stegen zien waar de huizen dicht opeengepakt staan.

Om te voorkomen dat er te veel in het wild zou worden gebouwd en verbouwd, stelde het stadsbestuur keuren (regels) op voor het onderhoud en de keuze van bouwmaterialen, maar ook voor bijvoorbeeld iets specifieks als de breedte die luifels mochten hebben.

De regels van het stadsbestuur gingen in sommige gevallen dan wel ver, maar lieten nog altijd ruimte aan de rijkere stadsbewoners hun huizen van allerlei uiterlijkheden te voorzien.

Daarbij speelde de ruimte vóór het huis een belangrijke rol. Brede stoepen met stoeppalen en kettingen maakten duidelijk wie er woonde: hoe groter, hoe voornamer. Dat gold uiteraard ook voor de huizen zelf: het aantal ramen en kamers bepaalden de status van de bewoners.

Aangezien huisnummers in de Gouden Eeuw nog niet bestonden, verfraaiden daarbij ook andere uiterlijke kenmerken de gevels. Zo gaven de bewoners met uithangborden en gevelstenen het huis een naam. Een koopman woonde bijvoorbeeld ‘In den Swaen’, was eigenaar van het ‘Appelboompje’ of van de ‘Twee vergulde bijlen’.

Rijke stadsbewoners ontvluchtten bovendien aan het begin van de zomer vaak hun huizen in de stinkende stad, die in feite één open riool was. Zij trokken zich met gezin en bedienden terug in riante buitenhuizen. Vooral locaties langs de Amstel, de Vecht en de Oude Rijn waren erg in trek.

Hoe de meer welgestelde Nederlanders in de 18de eeuw woonden, wordt treffend afgebeeld op dit schilderij van de Dordtse kunstenaar Abraham van Strij. Op de tafel ligt een Perzisch tapijt zoals indertijd veel huishoudens die hadden. Tegen de kou heeft de bijbellezende vrouw een deken over haar benen. Op de achtergrond de Grote Kerk van Dordrecht.

studiehuis

1999 - Het onderwijs wordt opnieuw geconfronteerd met iets nieuws: het studiehuis voor leerlingen van de bovenbouw van HAVO en VWO. Ze moeten voortaan zelf leren hoe ze moeten leren.

Relevante tijdvakken