Kiek bij bevrijding Brussel

Verslaggever van Radio Oranje Robert Kiek maakt de opmars van de geallieerden mee en doet verslag van de bevrijding van Brussel. Kiek verwacht dat de bevrijding van Nederland snel zal volgen.

Bron: De Oorlog, deel 6 (41 sec.)

Media:

  • Kiek bij bevrijding Brussel
    Kiek bij bevrijding Brussel
    Verslaggever van Radio Oranje Robert Kiek maakt de opmars van de geallieerden mee en doet verslag van de bevrijding van Brussel. Kiek verwacht dat de bevrijding van Nederland snel zal volgen.
    Bron: De Oorlog, deel 6 (41 sec.)
    Churchill en kranten over 1944
    Churchill en kranten over 1944
    Dat de oorlog in 1944 een beslissende fase ingaat is duidelijk, niet alleen Churchill spreekt erover op de radio, ook de Nederlandse kranten zijn er open over.
    Bron: De Oorlog, deel 6 (1 min. 19 sec.)
    D-Day en geallieerde opmars
    D-Day en geallieerde opmars
    Het geallieerde leger onder de Amerikaan Eisenhouwer landt op 6 juni 1944 in het Franse Normandië. De Duitsers weten de geallieerden nog 7 weken in Normandië vast te zetten, maar daarna gaat het snel via Parijs naar België.
    Bron: De Oorlog, deel 6 (1 min. 6 sec.)
  • Bevrijding Maastricht
    Bevrijding Maastricht
    Bij de bevrijding van Maastricht worden de bevrijders, Amerikaanse soldaten, luid toegejuicht en de 'landverraders', NSB'ers en 'moffenmeiden', meteen flink aangepakt. Zo zal het ook later in andere steden gaan. Verslag Robert Kiek.
    Bron: De Oorlog, deel 6 (1 min 32 sec.)
    Wilhelmina in Londen
    Wilhelmina in Londen
    Koningin Wilhemina en de Nederlandse regering in ballingschap zitten in 1944 in Londen. Ze is optmistisch over het slagen van Market Garden en maakt plannen voor een meer autoritair geleid naoorlogs Nederland.
    Bron: De Oorlog, deel 6 (2 min 6 sec.)

Nederlandse bevrijders

Twee maanden na D-Day, op 5 augustus 1944, op de vijfde verjaardag van Prinses Irene, scheept de Brigade zich in op weg naar Normandië.
Vier jaar voor hun landing in Normandië begint de geschiedenis van de Brigade. In augustus 1940 stelt de Nederlandse regering namelijk de dienstplicht in voor mannen tussen de negentien en zesendertig jaar in het buitenland.

Uiteindelijk geven 1500 man uit 26 landen gevolg aan de oproep. Onder anderen uit Amerika, Zuid Afrika, Canada en Suriname. Mannen die in het buitenland vaak al een gezin en een – beginnende – carrière hebben.

Mannen zonder militaire training. Juristen, boeren, zakenmensen, met een gemiddelde leeftijd die ruim boven de 30 ligt. Numerieke sterkte is voor de keuringsinstanties belangrijker dan fysieke fitheid en zo komt het dan ook dat een fors aantal niet-fitte elementen treedt toe tot de gelederen van de Brigade.

Het gebrek aan officieren met leidinggevende capaciteiten en het grote aantal kneuzen leidt ertoe dat Bernhard en Juliana in maart 1941 in eerste instantie officieel weigeren om de naam van hun in 1939 geboren dochter aan de brigade te verbinden.

Op 27 augustus van hetzelfde jaar reikt Wilhelmina het vaandel echter wél uit aan de Koninklijke Nederlandse Brigade prinses Irene nadat de oude, disfunctionerende officieren vervangen zijn en de kneuzen naar de periferie van de brigade zijn verplaatst.

Geroutineerd en geoefend wordt de brigade pas nadat ze in mei 1941 zijn overgeplaatst naar Wolverhampton in het midden-westen van Engeland.

In 1944 en 1945 streed de Prinses Irene Brigade onder geallieerd bevel voor de bevrijding van Nederland. In september 1944 overschrijdt de Irenebrigade de Nederlandse grens.

Ongeveer 3000 militairen dienden tijdens de Tweede Wereldoorlog voor korte of langere tijd bij de Prinses Irene Brigade.


Bron:
* Irenebrigade (Andere Tijden)

Meer over dit onderwerp