I. Mr. Jacob Cats, Engels ridder, heer van Wulpen (Staats-Vlaanderen) en Finningley (Nottinghamshire, Engeland) geb. Brouwershaven 10 nov. 1577, zoon van Adriaen Cornelisz Cats en Leenken Jacob Jansdr. Breyde, litt. student Leiden 1593, jur. stud. Orléans 1598, aldaar gepromoveerd in het Romeins recht 1598, advocaat te Den Haag 1599-1602, te Middelburg 1603-11, stadsadvocaat aldaar 1603-11.

Wijdt zich geheel aan inpolderingen in Staats-Vlaanderen 1611-21, kerkmeester te Groede 1616, ouderling Hervormde Gemeente Middelburg 1619, tweede pensionaris te Middelburg 1621-23, pensionaris van Dordrecht 1623-36, curator Latijnse School aldaar 1628, raadpensionaris van de Staten van Holland en West-Friesland 1636-1651, pensionaris der Ridderschap 1636-51, registermeester 1645-60 en stadhouder 1645-60 der lenen en grootzegelbewaarder der Staten 1645-60 van Holland en West-Friesland, extra-ordinaris ambassadeur naar Engeland 1627 en 1651/52, curator der Hogeschool te Leiden 1635-44, dichter, verheven tot Knight door Koning Karel I van Engeland 26 jan.

1627, overl. Den Haag, Huize Sorghvliet, 12 sept., begr. ald. (Kloosterkerk) 17 sept. 1660, tr. Amsterdam (Nieuwe Kerk) 29 mei 1605 Elisabeth van Valkenburg, geb. Antwerpen ca. 1576, ged. Sloten 11 febr. 1596, begr. Den Haag (Grote Kerk) 11 jan. 1631, herbegraven ald. (Kloosterkerk) 22 mei 1650, dr. van Jan van Valkenburg, koopman in zijden lakenen, eerst te Antwerpen, daarna te Amsterdam en Elisabeth Michiels Varlaer.

Uit dit huwelijk ondermeer:

II. Elisabeth Cats, vrouwe van Carnisse (sedert 1650), ged. Middelburg 5 okt. 1618, begr. Den Haag (Nieuwe Kerk) 30 jan. 1673,

tr. 1e Den Haag (Grote Kerk) 11 juni 1636 Mr. Cornelis Musch, ridder van St. Michiel, heer van Waelsdorp (1635), Nieuwveen (1648), Carnisse (door koop 1649) en Opvelp en Muylstede (mei 1650), geb. Rotterdam ca. 1593, jur. stud. te Leiden 1612, advocaat der Staten Generaal 1618, griffier der stad Rotterdam 1619-1628, griffier der Staten Generaal sedert 1628, groot-baljuw van het Vrije van Staats-Vlaanderen 1645, maander van het Leenhof van de Burch van Brugge, hoogheemraad van Delfland sedert 1643, verheven in de erfelijke Franse adel met de titel van écuyer door de Franse Koning Lodewijk XIII, d.d. Montpellier september 1632,  overl. Den Haag 15 dec., begr. ald. 23 dec. 1650, zoon van Jan Jacobsz Musch, koopman in haring enz. en Maritge Cornelisdr. Matelieff, eigenaresse van Waelsdorp, koopvrouw in viswant te Rotterdam;

tr. 2e Den Haag (Hoogduitse Kerk) 28 jan. 1652 Diederick Pauw, ridder van St. Michiel, heer van Rijnenburg, Ter Horst en Teylingerbosch, geb. Amsterdam 30 juni, ged. ald. (Oude Kerk) 5 aug. 1618, meesterknaap 1652 en eerste meesterknaap sedert 1682 van Holland en West-Friesland, hoogheemraad van Delfland sedert 1657, kerkmeester Kloosterkerk te Den Haag sedert 1651, ridder Orde van St. Michiel van Frankrijk mei 1636, overl. 25 okt. of kort daarvoor, begr. Den Haag (Nieuwe Kerk) 30 okt. 1688, zoon van Dr. Reynier Pauw en Clara Alewijn, weduwnaar van Aleyda van Vaerlaer.

Uit het eerste huwelijk ondermeer:

III. Maria Elisabeth Musch, vrouwe van Carnisse (sedert 1673) en Waalsdorp (1650-57),  ged. Den Haag (Grote Kerk) 18 maart 1637, overl. (imp. begr. betaald Den Haag 8 dec 1698) tr. Den Haag 22 nov. 1654 Mr. Matthijs Pompe, heer van Slingelandt (door koop 1646), Capelle, Dortsmonde (1647-69)  en Nederhoven, geb. Dordrecht 3 aug., ged. ald. aug. 1621, phil. stud. Leiden 1639, schepen 1642, 1643, 1646 en 1647 en veertigraad 1653 van Dordrecht.

Baljuw van Zuid-Holland 1653-73, gecommitteerde ter Staten van Holland en West-Friesland en gecommitteerde der Staten Generaal 1663-75, deken van het Houtkopersgilde te Dordrecht 1664, kerkmeester 1673, 1676 en artilleriemeester en kolonel der Burgerij 1662 te Dordrecht, bewindhebber der Oost-Indische Compagnie ter Kamer Amsterdam 1645-71, dijkgraaf van de Alblasserwaard 1643, van Barendrecht 1666-73 en Carnisse 1666-73, erfwatergraaf van de Nederwaard 1643, hoogdijkheemraad van de Zwijndrechtsewaard 1643.

Overl. Dordrecht 22 aug. 1679, begr. ald. (Pompekapel in de Grote Kerk), zoon van Michiel Pietersz Pompe en Maria Mathijsdr. Sasbout, weduwnaar van Mondina de Beveren.

Uit dit huwelijk ondermeer:

IV. Isabella Jacoba Pompe, vrouwe van Carnisse (sedert 1688), geb. 29 aug. 1657, begr. Den Haag (Kloosterkerk) 7 dec. 1718, tr. (otr. Den Haag 3 maart 1686) Willem Frederik van Brakell, heer van Kermesteyn en (door koop) Tedingsweert, ged. Den Haag (Kloosterkerk) 12 nov. 1662, lid Ridderschap van Nijmegen 1683, gecommitteerde raad ter Admiraliteit op de Maas 1698, gesubstitueerd ambtman van de Nederbetuwe, overl. 1 juli (impost betaald Den Haag 5 juli) 1702, zoon van Johan van Brakell en Maria Louise van Lyere.

Uit dit huwelijk ondermeer:  

V. Henriette Philippine van Brakell, vrouwe van Tedingsweert,  ged. Kerk-Avezaath 30 juli 1693, overl. Huize Kermesteyn bij Lienden 11 jan. 1737, tr. Nijmegen (of Kerk-Avezaath, Huize Tedingsweert) 30 aug. 1718 Christiaan Reinout van Wijhe, heer van IJzendoorn (1718), Echteld en Laar (1732), Blankenburg (1732), De Pol en Alden-Avezaath (1744) geb. 7 maart, ged. Echteld 14 maart 1675, lid Ridderschap van Nijmegen 1697, richter van Tiel en Zandwijk 1726, ouderling Hervormde Gemeente te Avezaath (1720), overl. Kerk-Avezaath 11 jan. 1749, zoon van Otto van Wijhe en Seyna Margriet van Delen.

Uit dit huwelijk ondermeer:

VI. Maria van Wijhe, vrouwe van Geldermalsen sedert 1746, geb. Huize Tedingsweert
21 sept.1721, ged. Kerk-Avezaath diezelfde dag, overl. Huize Geldermalsen 23 maart 1754.

tr. 1e Echteld 18 okt. 1742 Mr. Wilhelm Hendrik van Borssele, heer van Geldermalsen en Cleverskerke, geb. Den Haag 1 jan., ged. ald. (Grote Kerk) 2 jan. 1697, student te Utrecht 1717, jur. doctor aldaar 1717, burgemeester van Zaltbommel, overl. aldaar 28 aug. 1746, zoon van Adriaan van Borssele, en Geertruid van Welderen en weduwnaar van Albertina Clasina van Brakell;

tr. 2e Geldermalsen 21 okt. 1749 Sigismund Coenraad Roeleman des H.R. Rijksgraaf van Bylandt, heer van Leede, Lienden en Oudeweert, geb. Nijmegen 16 april, ged. ald. 18 april 1729, lid Ridderschap van Nijmegen 1751, ambtman en stadhouder der lenen van de stad Grave en het land van Cuyck 1754, overl. (verongelukt met chais door op hol slaan van paard) 18 maart 1770, zoon van Albrecht Otto Roeleman Frederik des H.R. Rijksgraaf van Bylandt, vrijheer van Rheydt, heer van Ooy, Persingen, Palsterkamp, Spaldorp, Werkeren, Leede, Lienden, Oudeweert, Vuren, Dalem, Mariënwaart en Maasbommel en Anna Constantia van van Sevenaer, vrouwe van Sevenaer.

Uit het eerste huwelijk ondermeer:  

VII. Mr. Adriaen Jan van Borssele, heer van Geldermalsen en in Kleverskerke 1756-. ged. Geldermalsen 30 jan. 1746, raad 1770-, burgemeester 1779, 1781 en schepen 1771, 1772, 1774, 1775, 1777, 1778 van Vlissingen, grenscommissaris van de stad Tholen, gedeputeerde ter Staten-Generaal, bewindhebber V.O.C. kamer Zeeland 1775-1786, overl. Brussel 3 aug. 1806, tr. Den Haag 25 nov. 1781 Cornelia Jacqueline Antoinette van Schuylenburch, geb. Den Haag 25 april 1764, overl. Brussel 3 febr. 1802, dr. van Mr. Willem, heer van Bommenede en Wilhelmina Elisabeth Bigot de Villandry.

Uit dit huwelijk ondermeer:

VIII. Carolina Petronella van Borssele, geb. Den Haag 16 mei 1786, overl. Parijs 5 aug. 1813, tr. Den Haag 17 juni 1805 Jhr. Jacob Adriaan van Brakell, heer van Geldermalsen 1806-, geb. Tiel 14 nov. 1779, jur. student te Utrecht 1796, lid Ridderschap van Gelderland 1814, lid Prov. Staten van Gelderland 1814, kamerheer hon. van koning Willem I, overl. Utrecht 27 sept. 1814.

Uit dit huwelijk ondermeer:

IX. Jacob Adriaan Prosper baron van Brakell, heer van Wadenoyen 1827-1845 en Doorwerth 1837 tot overlijden, geb. h. Ravestein, Geldermalsen 3 febr. 1808, jur. student te Utrecht 1826-. lid Ridderschap van Gelderland, kamerheer van Koning Willem II, lid Prov. Staten van Gelderland 1831-1851, overl. Doorwerth 27 juni 1853, tr. Den Haag 30 april 1828 Jkvr. Jeanne Henriette Gabrielle van Schuijlenburch, geb. Den Haag 25 nov. 1806, overl. k. Doorwerth 5 jan. 1878, dr. van Jhr. Mr. François Pierre Guillaume, heer van Bommenede en Jkvr. Jeanne Philippine van Herzeele .

Uit dit huwelijk ondermeer:

X. Louise Constance Jeanne barones van Brakell, geb. k. Wadenoyen 21 okt. 1831, overl. h. Duno, Doorwerth 26 juli 1884, tr. 1e Doorwerth 11 april 1854 Henri baron de Smeth, heer van Alphen en Deurne, geb. Den Haag 18 juli 1821, kamerheer van Koning Willem III, overl. Pau (Pyrénées-Atlantiques) 3 nov. 1870, zoon van baron Theodorus en Arnoldina Jaqueline barones Rengers; tr. 2e Doorwerth 9 okt. 1879 Jan Werner baron van Pallandt, geb. h. Angerenstein, Arnhem 29 april 1835, lid Prov. Staten van Gelderland, opperjagermeester van Koning Willem III, overl. Arnhem 17 febr. 1907, zoon van baron Samuël François Anne en Everdine Susette van der Staal, vrouwe van Oud-Beijerland.  

Uit het eerste huwelijk ondermeer:

XI. Paul Arnold Jacques baron de Smeth, heer van Alphen en Rietveld, geb. Den Haag 3 febr. 1857, gezantschapssecretaris, kamerheer i.b.d. van Koningin Wilhelmina, overl. Lausanne 15 juli 1941, tr. Den Haag 18 nov. 1886 Marie Isabella Jeane Elise barones du Tour van Bellinchave, geb. Den Haag 6 juli 1862, overl. Interlaken 16 aug. 1936, dr. van baron Mr. Marc Willem en Jkvr. Marie Isabelle Anne Josine Charlotte Huydecoper.

Uit dit huwelijk ondermeer:

XII. Mr. Raymond baron de Smeth, geb. Den Haag 28 nov. 1890, overl. Soest 5 mei 1945, tr. 1e Montevideo 10 juli 1920 (echtscheiding uitgespr. Amsterdam 23 juni 1922) Kitty Johanna Neyts, geb. Amsterdam 18 juli 1899, overl. Peize 17 mei 1983, dr. van Willem Levinus en Anna Maria Spackler; tr. 2e München 9 mei 1923 (door echtscheiding ontbonden Ansbach 23 juni 1927) Mariëla Freiin von Redwitz, geb. Sandizell (Beieren) 14 jan. 1903, dr. van August Klein en Marie Umfahrer en geadopteerde dochter van Margarethe Freiin von Redwitz-Redwitz; tr. 3e Nittenau (Beieren) 25 juli 1932 opnieuw met zijn eerste echtgenote Kitty Johanna Neyts; zij hertr. Amsterdam 9 juni 1951 Alfons Stainer.

Uit het eerste huwelijk ondermeer:

XIII. Leonard baron de Smeth, geb. München 2 juni 1922, tuinbouwkundige, overl. Haren 29 nov. 1981, tr. Haarlem 14 juli 1945 Frida Corry Ott, geb. Pangkalan Brandan (Sumatra) 18 juni 1921, oud-kleuterleidster, dr. van Willem Carl Krachus en Anthoinetta Angelica Wilhelmina Magdalena Schmidhamer.

Uit dit huwelijk ondermeer  
   
XIV. Frida Fernande barones de Smeth, geb. Haarlem 22 mei 1948, tr. Alphen a.d. Rijn 6 sept. 1976 (door echtsch. ontbonden 1987) Dominique ter Kuile, geb. La Tronche (Isère) 29 aug. 1947, verkoopmanager, zoon van Willem Absalom Silvester en Elisabeth Micheline Margot.

Uit dit huwelijk ondermeer:

XVa. Lotte Aoife ter Kuile, geb. Assen 15 jan. 1979
XVb. Gwendolyn ter Kuile, geb. Assen 1 juli 1980