Spoorwegstaking van 1944

De Spoorwegstaking werd in de nacht voor Opereratie Market Garden uitgeroepen vanuit Londen. De bedoeling was dat de staking de geallieerde aanval zou ondersteunen. Na de mislukking daarvan werd de staking voortgezet.

Bron: De Oorlog, deel 6 (1 min 22 sec.)

Media:

  • Spoorwegstaking van 1944
    Spoorwegstaking van 1944
    De Spoorwegstaking werd in de nacht voor Opereratie Market Garden uitgeroepen vanuit Londen. De bedoeling was dat de staking de geallieerde aanval zou ondersteunen. Na de mislukking daarvan werd de staking voortgezet.
    Bron: De Oorlog, deel 6 (1 min 22 sec.)

Van Vught naar Duitsland

In de loop van 4 september 1944 bleek dat een groep mannen die als gijzelaar in kamp Vught zaten een stuk verderop moesten helpen om bezittingen van de Duitse kampleiding en de SS in goederenwagens te laden. Alles ging naar Duitsland.
En later die dag verscheen er vlakbij het kamp opeens een andere trein. Het ondenkbare gebeurde: met de bevrijders in aantocht, en het kanongebulder op de achtergrond, moesten de mannelijke gevangenen van kamp Vught op transport.

Het waren er 2221 – alle gevangenen uit het Schutzhaftlager. De trein vertrok op Dolle Dinsdag (5 september 1944) met bestemming Sachsenhausen, een concentratiekamp op ongeveer 35 kilometer van Berlijn.

De volgende morgen stond er in Vught opnieuw een trein klaar. Die was bestemd voor alle ongeveer 600 vrouwelijke gevangenen, en daarnaast voor de ongeveer 600 mannen die als ‘Untersuchungshäftlinge’ werden beschouwd – gevangenen dus die in een soort voorarrest zaten.

Voor ze instapten hebben ze een halve dag op appèl gestaan – aan het tellen kwam geen einde. Ook zieken moesten op appèl en op transport. Aan het eind van de middag vertrok de goederentrein uit Vught.

De mannen kwamen in Sachsenhausen, de vrouwen in Ravensbrück, een speciaal vrouwenkamp, ongeveer honderd kilometer ten noorden van Berlijn. Het was een gruwelijke tocht. Corrie ten Boom, één van de gevangenen, schreef erover:

‘Twee dagen en twee nachten werden we, onder omstandigheden die we niet voor mogelijk hadden gehouden, steeds dieper het gevreesde Duitsland in gebracht.

Zo nu en dan werden er broden doorgegeven. Maar zelfs de gewoonste sanitaire voorzieningen ontbraken en door de walgelijke stank in de wagen konden maar weinigen iets eten.’


De gevangenen kwamen in de Duitse kampen aan op de ongelukkigst denkbare tijd. Er heerste een volkomen chaos, er was tekort aan alles, zeker aan voedsel en medische verzorging.

De sterftecijfers zijn heel hoog geweest. En dat bij een groep mensen die zo dicht bij de bevrijding was geweest en bij hun vertrek de geallieerden al kon horen naderen.


Bron:
*Corrie ten Boom, 'Gevangene en toch... : herinneringen uit Scheveningen, Vught en Ravensbrück' (1945)

Meer over dit onderwerp