'Operatie Berlijn' tegen Duitsers

Nadat de oorlog op 10 mei 1940 in Nederland was begonnen werden in Nederlands-Indië alle Duitsers opgepakt, ook de anti-nazi's. Brief van ambtenaar J.J. van de Velde.

Bron: Ongebruikt materiaal uit De Oorlog afl. 7 (1 min. 9 sec.)

Media:

  • 'Operatie Berlijn' tegen Duitsers
    'Operatie Berlijn' tegen Duitsers
    Nadat de oorlog op 10 mei 1940 in Nederland was begonnen werden in Nederlands-Indië alle Duitsers opgepakt, ook de anti-nazi's. Brief van ambtenaar J.J. van de Velde.
    Bron: Ongebruikt materiaal uit De Oorlog afl. 7 (1 min. 9 sec.)

'Operatie Berlijn' tegen Duitsers

Op 10 mei 1940, toen de Duitse legers Nederland binnenvielen, klonk in Nederlands-Indië door de radio een officiële bekendmaking, ‘Berlijn, wij herhalen: Berlijn!’ De Nederlandse bestuursambtenaren, die in alle uithoeken van dat uitgestrekte land die boodschap te horen kregen, wisten wat ermee bedoeld werd.
De instructies waren een paar weken tevoren uit de hoofdstad Batavia gekomen, en de meeste bestuursambtenaren hadden ze gelezen, in hun hoofd geprent en in de brandkast opgeboren: in heel Nederlands-Indië moesten alle Duitse staatsburgers worden opgepakt en ingesloten. Dat zou het Nederlands-Indische antwoord zijn op een bezetting van Nederland.

Ambtenaar J.J. van de Velde, die bij het Toba-meer op Sumatra was gestationneerd, had al ruim tevoren een arrestatieschema gemaakt en hij ging op 10 mei 1940 met een assistent direct op pad om de in zijn gebied wonende Duitsers op te pakken en te interneren. Hij schreef later, in een brief:

‘Er was Gundert, de anti-nazi, die van zijn thee-onderneming uit de bergen gehaald moest worden. Met hem en met sommige zendelingen van wie ik wist dat ze niet veel van het fascisme moesten hebben, had ik wel te doen, maar we konden natuurlijk geen onderscheid maken. Met de twee nazi-doktoren had ik niet de minste moeite, die kregen hun verdiende loon.’

Ambtenaar A. Visser wist dat er op het eiland Nias, dat voor Sumatra ligt, zo’n zeventien Duitsers zaten. De eerste die hij opzocht, een schoolbeheerder, reageerde verbijsterd, zo schreef Visser in zijn memoires:

‘”Mein Gott, aber das ist ja unmöglich!” Hij zonk verslagen op een stoel neer. “Woher wissen Sie das?” “Een officieel radiobericht.” Dit kon geen toneelspel zijn, de man was inderdaad totaal overstuur.’

'Operatie Berlijn’ had een onverwacht grote omvang. In totaal werden er bijna 2800 mensen gearresteerd en opgesloten. Onder hen ook staatsburgers van Polen, Denemarken, Hongarije, Tjecho-Slowakije, België, Frankrijk en Joegoslavië.

Onder de Duitsers bevonden zich niet alleen overtuigde nationaal-socialisten maar ook Duitse joden, politieke vluchtelingen uit Duitse gebieden en zelfs genaturaliseerde ex-Duitsers.

En dan waren er ook nog de bemanningen van de negentien Duitse koopvaardijschepen die sinds augustus 1939 hun toevlucht hadden gezocht in de toen nog neutrale Indische havens. Op Java werden bijna 200 Duitse vrouwen met hun kinderen in een kamp opgesloten.

De betrokkenen waren verbijsterd – ze leefden in het vredige Nederlands-Indië, ver weg van het kolkende Europa, maar werden toch de dupe van wat daar gebeurde. De geïnterneerden kwamen over het algemeen onder een streng gevangenisregime te staan, maar van excessen zijn in die eerste maanden niet gemeld.

Behalve Duitsers werden er ook nog 500 leden van de NSB opgesloten. Die beweging had in Indië een tamelijk bloeiende tak, zeker na het bezoek van de leider Anton Mussert in 1935, die tot veler verbazing officieel was ontvangen door gouverneur-generaal De Jonge.

Duitsers en NSB’ers werden in kampen vastgehouden, tot nader order. Ze waren afhankelijk van wat er verder zou gebeuren en moesten afwachten. De meesten kwamen op Sumatra terecht, en zouden na anderhalf jaar, bij de nadering van het oorlogsheil, Indonesië moeten verlaten.


Bron:
*S.L.van der Wal (red.), 'Besturen Overzee' (Franeker, 1977)
*C. van Heekeren, 'Batavia seint Berlijn, de geschiedenis van de Indische Duitsers in Nederlandse gevangenschap' (Den Haag, 1983)